Mariëlle Bruning in Binnenlands Bestuur over hervormingsagenda jeugd
Er wordt hard gewerkt aan de hervormingsagenda jeugd die moet leiden tot een kwalitatief goed en financieel houdbaar jeugdstelsel. Een aantal adviesrapporten wordt daarbij als ‘onderlegger’ gebruikt.
Binnenlands Bestuur trok rode draden uit die adviezen en legde ze voor aan drie wetenschappers, onder wie hoogleraar Jeugdrecht Mariëlle Bruning. 'De zwaarste vorm van jeugdzorg moet op rijksniveau worden belegd', stelt Bruning resoluut. Het gaat daarbij vooral om jeugdbescherming en -reclassering. Dat is wat haar betreft het allerbelangrijkste dat moet gebeuren. 'De rechter legt jongeren maatregelen op. We moeten garanderen dat die maatregelen worden uitgevoerd. Deze hulp staat zwaar onder druk.'
De plannen die er nu leven om de verantwoordelijkheid voor deze vormen van jeugdzorg van gemeenten aan regio’s over te dragen, gaan wat haar betreft niet ver genoeg. 'Dan krijg je toch verschillen en hou je veel bureaucratische rompslomp.' Aanbieders moeten dan nog steeds met verschillende regio’s contracten afsluiten en prijsafspraken maken. Niet doen, adviseert Bruning. Maak het rijk verantwoordelijk en hanteer een vast landelijk tarief. Ook de jeugd-ggz bij moet worden weggehaald bij gemeenten en op het bordje van het rijk worden gelegd, vindt Bruning.