Jorrit Rijpma over asielbeleid toekomstig kabinet
Ontwikkelingshulp- en migratiedeskundigen zien dat er lessen zijn geleerd in het nieuwe regeerakkoord op het gebied van asielbeleid. Maar aan veel toezeggingen kleven cynische voorwaarden.
Het toekomstige kabinet belooft een "effectief en menswaardig" asielbeleid met onder meer een forse verhoging van het budget voor asielopvang en de verruiming van het jaarlijkse quotum voor hervestiging van vluchtelingen van buiten de EU van vijfhonderd naar negenhonderd. In de praktijk zullen de meest kwetsbare vluchtelingen uit Afghanistan, Zuid-Soedan of Syrië, die nu in respectievelijk Pakistan, Oeganda of Libanon zijn gestrand, er niet van profiteren.
De coalitie heeft de mond vol van opvang in de regio, constateert hoogleraar Europees Recht Jorrit Rijpma in de Volkskrant. 'Maar daar moet je wel iets tegenover stellen. Behalve geld is dat ook de ruimhartigheid om de meest kwetsbare mensen, die gevaar lopen, medische zorg nodig hebben of zich anderszins niet kunnen redden in de regio, op te nemen.'
Bij de vorige formatie in 2017 was migratie nog een heet politiek hangijzer; de nadruk lag toen op zo veel mogelijk afremmen. Deze keer lijken er volgens de deskundigen wel wat lessen geleerd en worden er ook bredere verbanden gelegd. Zo zet het kabinet voor het eerst legale arbeidsmigratie op de agenda, waarmee het erkent dat arbeidsmigranten van buiten de EU nodig zijn in de toekomst. 'Het is nog de vraag of het gaat lukken om eerst meer migranten terug te sturen, maar je moet de mensen wat geven om in te geloven', zegt Rijpma.