SLE 2015: Leiden decor voor prestigieus taalkundig congres
Voor heel even was Universiteit Leiden het centrum van de taalkundige wereld. Begin september vond het 48ste jaarlijkse Societas Linguistica Europaea Congres plaats, dat voor de derde keer in Leiden werd georganiseerd. Bijna 600 taalwetenschappers kwamen uit alle hoeken van de wereld naar de sleutelstad om dit prestigieuze evenement bij te wonen.
Springlevende taalwetenschap
Je kon ze bijna niet mislopen. Overal in Leiden liepen van 1 t/m 5 september taalwetenschappers van allerlei nationaliteiten, verraden door hun uitrusting: in de hand een plattegrond van Leiden en over de schouders een fel oranje tas waarop met grote letters de naam van het congres stond gedrukt. Een kleine week lang konden de congresbezoekers zich onderdompelen in lezingen, workshops, discussies en netwerkgelegenheden. En dat alles in het teken van de overduidelijk springlevende taalwetenschap.
Masterpiece
Het prominente karakter van het congres werd nog eens benadrukt doordat rector magnificus Carel Stolker de welkomsttoespraak voor zijn rekening nam. Stolker prees de SLE en het jaarlijkse congres om de bruggenbouwende kwaliteiten voor met name de Europese taalkunde. De Leidse editie was volgens de rector magnificus een ‘masterpiece in terms of content and organisation’, wat tot uitdrukking kwam in bijna 300 presentaties onderverdeeld in 24 thema’s.
Aantal bezoekers verviervoudigd
Die enorme diversiteit is een grote kracht van het congres, zegt Arie Verhagen. Verhagen is hoogleraar Nederlandse Taalkunde, verbonden aan het Leiden University Centre for Linguistics en voorzitter van het Leidse organisatiecomité van SLE 2015. Verhagen: ‘we hebben verschillende workshops over actuele thema’s. Door die verscheidenheid aan onderwerpen trekken we veel meer deelnemers dan voorheen gebruikelijk was. Toen Leiden het vijftien jaar geleden organiseerde trokken we 150 bezoekers, nu bijna het viervoudige!’
Bomen met gelijkgestemden
De Poolse Anna Cichosz van University of Łódź is een van die deelnemers die vooral op een bepaalde workshop zijn afgekomen. ‘Ik volg de workshop over de Latijnse invloed op Europese talen,’ vertelt Cichosz. ‘Het zijn volle, intensieve dagen met tal van lezingen, discussies en presentaties. Maar het is ontzettend leuk en interessant om zo diep op een onderwerp in te gaan met mensen die dezelfde interesse delen. Het gebeurt niet vaak dat je met zoveel gelijkgestemden langere tijd samen bent. Daarnaast kun je je eigen onderzoek waar je momenteel mee bezig bent presenteren. Zo krijg je directe feedback uit diverse hoeken. En al die contacten kun je natuurlijk weer toevoegen aan je netwerk.’
Burgemeesterlijk cabaret
De behoefte aan informeel netwerken tussen alle cognitieve inspanningen door is goed merkbaar tijdens de receptie aan het einde van de eerste dag. In de altijd sfeervolle Marekerk deint een zee van vermoeide maar tevreden gezichten. De ontspannen wetenschappers genieten van bier en wijn; vriendelijke heren in pak lopen met schalen bittergarnituur rond waarvan nieuwsgierig maar gretig wordt geproefd.
Burgemeester Lenferink lijkt de sfeer perfect aan te voelen wanneer hij met zijn toespraak de onrust verstoort. ‘Ik moet voor mijn beroep dagelijks tegen groepen mensen praten. Ze vinden het nooit leuk, en ik ook niet.’ De burgervader, van huis uit historicus, doceert over de Leidse geschiedenis en bedankt en passant de aanwezige Spanjaarden, daar hun voorouders Leiden de gelegenheid boden te gloriëren tijdens het Leidens ontzet. Lenferink, die zijn roeping als cabaretier lijkt te hebben gemist, heeft de lachers op zijn hand.
Eerst Napels zien
Al met al kunnen SLE en LUCL terugkijken op een uiterst geslaagd congres. ‘Maar’, zegt Arie Verhagen, 'hóe succesvol het was kunnen we eigenlijk pas volgend jaar zeggen, als we zien hoeveel mensen zich hebben aangemeld voor SLE 2016 in Napels. Als dat aantal weer zo groot is, weten we dat we het in Leiden goed hebben gedaan.’
Tekst: Coen van Beelen
Foto's: Sofja Volkova