Waarnemen bij W&N: Paul Wouters geeft een inkijkje in zijn dubbelleven
Na het vertrek van de vorige decaan kwam Paul Wouters een paar maanden de lopende zaken regelen. Hij kreeg meer op zijn bordje dan verwacht. ‘Het is me helder waarom elke faculteit een eigen decaan heeft.’
Hoe gaat het met je?
Twee banen hebben is natuurlijk heel intensief. Maar ik hou het vol omdat ik er energie van krijg. De mensen zijn leuk. De samenwerking in het faculteitsbestuur en met de wetenschappelijk directeuren verloopt soepel, en dat geldt ook voor de ondersteunende diensten. Qua hard werken geef ik nu even niet het goede voorbeeld, maar het lukt. Zoals ik je al eerder vertelde kan ik goed ontspannen. Ik lig niet wakker van problemen.
Waar ben je het eerst mee aan de slag gegaan?
Wat opvalt is dat de instituten bij W&N behoorlijk op zichzelf staan. En dat is precies waar we de afgelopen tijd veel met elkaar over gepraat hebben. Als faculteitsbestuur willen we samen met de besturen van de instituten een stap maken in de ontwikkeling van de faculteit. Het rapport van Bert Meijer en Wim van Saarloos is inmiddels door het CvB positief begroet. Zij hebben ons als faculteitsbestuur gevraagd om dat advies de komende drie jaar te verwezenlijken.
Wat is de belangrijkste aanbeveling uit het rapport?
Er komt een gezamenlijk kader voor de faculteit. Daarin is er nog steeds veel vrijheid voor de instituten, maar ze staan niet los van elkaar en van de faculteit. De instituutsbesturen zijn straks samen met het faculteitsbestuur verantwoordelijk voor het facultair beleid. Gemeenschappelijkheid staat dus centraal in de bestuursfilosofie.
En dat is ook hard nodig. De maatschappij is veranderd, en zo ook de manier waarop je je onderzoek moet inrichten. Er worden bijvoorbeeld meer eisen gesteld aan veiligheid, aan ethische verantwoording en aan kwaliteitsmanagement. Dat kun je alleen bereiken door het samen te organiseren.
Welke punten stonden er deze maanden op je agenda?
Het was en is mijn belangrijkste taak om te zorgen dat de nieuwe decaan in een structuur en cultuur terechtkomt waarin hij of zij snel resultaat kan boeken. Dan heb ik het over belangrijke taken als de faculteit naar buiten toe vertegenwoordigen, sterke onderzoeksconsortia vormen en interdisciplinaire samenwerking bevorderen.
En verder zijn we september aan het voorbereiden. We willen dan weer zoveel mogelijk normaal functioneren. Ook stonden er de afgelopen tijd een aantal belangrijke financiële punten op de agenda. Hoe investeren we de gelden die we hebben ontvangen? Bijvoorbeeld de compensatie om de coronacrisis te compenseren, de kwaliteitsmiddelen voor onderwijs en als impuls voor onderzoek en belangrijke prijzen die we hebben gekregen. Dat zijn dossiers die we als bestuur met de wetenschappelijke en opleidingsdirecteuren bespreken. Daarin hebben we samen grote stappen gezet.
Kun je iets zeggen over de situatie bij het Mathematisch Instituut?
De situatie bij het MI was al langer gespannen. Het is heel naar dat daar door een publicatie in de Mare en door discussie op social media het vergrootglas op is komen te liggen. Wij hebben als faculteitsbestuur nadrukkelijk afstand genomen van dit artikel. Zowel van de uitspraak met een discriminerend karakter als van de schets van het onderzoek naar de evaluatieformulieren. De wijze waarop medewerkers daarin met naam en toenaam worden neergezet is onacceptabel.
‘De zorg voor medewerkers en studenten heeft de hoogste prioriteit’
De zorg voor de medewerkers en studenten van het instituut heeft onze hoogste prioriteit. Daar zijn we direct mee aan de slag gegaan. We hebben bovendien per 1 september extra ondersteuning gezocht in de persoon van een zeer ervaren bestuurder, Frans de Haas, die samen met het MT en de medewerkers als WD-kwartiermaker aan de slag gaat. Het gaat daarbij vooral om verbetering van de organisatie, neerzetten van een transparant personeelsbeleid, en verankering van een inclusief klimaat waarin iedereen zich geaccepteerd en veilig voelt.
Tot wanneer werk je voor onze faculteit?
Op 1 oktober loopt mijn termijn bij W&N af. Ik denk dat ik er misschien iets langer ben, maar tegen het eind van het jaar ben ik wel weg. En dat is goed. Burenhulp moet ook een keer stoppen. We zijn nu actief op zoek naar een nieuwe decaan. En dat gaat zeker lukken, het is gewoon een leuke faculteit.
Wat betekent het vertrek van Dirkje voor de organisatie?
Dirkje is een krachtige directeur waar je niet omheen kunt. De faculteit heeft dus wel een gat te vullen. Maar de universiteit is gelukkig geen gevangenis, en mensen kunnen vertrekken. Al had ik Dirkjes vertrek niet zien aankomen. Maar ik begrijp het wel. Het is natuurlijk heel mooi om een uitdaging elders aan te gaan.
Dirkje heeft veel moois opgebouwd en laat een sterk netwerk van professionele ondersteuning achter. Die ondersteunende diensten zijn goed georganiseerd bij W&N, valt me op. Omdat Dirkje al snel vertrekt, komt er eerst een interim-directeur. En ondertussen zoeken we een nieuwe decaan en een nieuwe directeur bedrijfsvoering. Het voordeel daarvan is dat we bestuurders kunnen zoeken die goed bij elkaar passen.
Wat kan er beter bij W&N?
Ik vind diversiteit en een inclusieve atmosfeer op het werk heel belangrijk. Dat komt misschien ook wel omdat ik zelf op een aantal punten tot een minderheid behoor: ik ben eerste-generatie-student en seksueel behoor ik tot een minderheid. Bovendien ben ik gewend aan een diverse leefwereld: ik woon in de Bijlmer. Dat doe ik bewust hoor, voor mij geen hooglerarenwijk.
‘De faculteit is nog wel een mannenbolwerk’
Er zijn hier op de faculteit best veel verschillende nationaliteiten en culturen, maar het is nog wel een mannenbolwerk. Dat moet echt veranderen, ook in de bestuursverhoudingen. Ik heb daarom met de collega’s van RISE gepraat, het netwerk van vrouwen in de faculteit. Het is belangrijk dat er op alle fronten gelijkwaardigheid tussen mensen wordt gerealiseerd, waardoor vrouwen zich vrijer kunnen ontwikkelen in de bètawetenschappen. Dat is niet een dingetje voor de HR- afdeling, maar een centrale verantwoordelijkheid van alle besturen van de faculteit. Daarbij gaat het eigenlijk om de vraag of we alle talenten benutten zodat iedereen de kans krijgt kennis te produceren.
En diverse teams zijn creatiever, weten we uit onderzoek. Dat zie je in de muziek ook, al die culturen die elkaar beïnvloeden, dat zijn de leuke dingen in de wereld. Lekker en geïnspireerd met elkaar dansen, daar gaat het eigenlijk over.
Foto: Edwin Weers - Tekst: Christi Waanders