‘Geef boeren meer keuzevrijheid in aanpak vermindering stikstof’
In zijn oratie pleit hoogleraar Milieu en Duurzaamheid Jan Willem Erisman voor lokale oplossingen met meer vrijheid om te voldoen aan de milieu-, natuur- en klimaatdoelen. Dan kunnen boeren bijvoorbeeld zelf oplossingen bedenken voor de stikstofproblematiek. Het idee sluit aan bij het coalitieakkoord, hoewel de plannen daarin volgens Erisman niet concreet genoeg zijn.
In het coalitieakkoord staat dat het kabinet zich wil richten op de verscheidenheid aan gebieden in Nederland om de natuur in goede staat te brengen. Iets waar Erisman al langer samen met andere wetenschappers voor pleit. Hij licht zijn oratie van 14 januari toe: ‘Als je klimaat- en stikstofdoelen vertaalt naar gebieden dan kunnen mensen in die gebieden aan de slag. Dan zorg je dat onder andere boeren zelf plannen kunnen maken met stakeholders. En kun je ook effectief geld inzetten, gekoppeld aan wat zij als ontwikkeling zien. Daarbij moet je wel sancties achter de hand houden voor als er geen concrete oplossingen uitkomen waarmee de doelen gehaald gaan worden.’
Hoe Den Haag handen en voeten aan de gebiedsgerichte aanpak gaat geven, vindt Erisman nog niet duidelijk. ‘De ministeries denken te veel in sectoren en kortetermijnoplossingen voor specifieke problemen. Maar als je je richt op langetermijn-gebiedsdoelen krijg je een hele andere focus, aansturing en uitvoering.’
Schiermonnikoog
Hoe zo’n gebiedsgerichte aanpak eruit kan zien, illustreert de hoogleraar aan de hand van een voorbeeld op Schiermonnikoog. De provincie legde daar zeven melkveehouders in 2014 een reductie van twintig procent stikstofemissie op. De boeren mochten zelf met plannen komen om dat te realiseren. Maar als ze er niet in slaagden, zou de provincie een bedrijf uitkopen en dertig hectare land omzetten naar natuur. De kosten van deze uitkoop waren geraamd op 1.9 miljoen euro.
Als oplossing zijn de boeren zelf kaas gaan maken en verkopen onder het merk Van Schier. Daarnaast deden ze dertig procent van hun vee weg, waarvoor ze compensatie krijgen. Het proces ging niet zonder slag of stoot, maar het uiteindelijke resultaat is dat alle boeren kunnen blijven boeren, een toekomstperspectief hebben en dat er tweemaal zoveel stikstof wordt gereduceerd dan door de provincie was opgelegd. En dat alles voor een bedrag dat gelijk was aan het geld dat bestemd was voor de opkoop.
Onafhankelijk
Erisman hielp de melkveehouders om tot de oplossing te komen. ‘Wat ik heb gemerkt op Schiermonnikoog is dat je als onafhankelijk persoon beter kunt helpen. Toen ik op het eiland kwam, zei ik tegen de boeren: “wat jullie oplossing is, zal mij worst wezen”. Ik heb er geen belang bij. Ik heb kennis en kan helpen, maar het is niet mijn probleem. Ik heb ook steeds gepleit voor een soort Deltacommissaris voor het landelijke gebied. Die is los van politieke belangen en kan met een opdracht en budget zorgen voor de langetermijnuitvoering van de transitie in de landbouw.’
Liveable Planet programma
Wat het voorbeeld uit Schiermonnikoog laat zien, is dat als je mensen de vrijheid gunt om binnen bepaalde kaders en met een langetermijnvisie aan de slag te gaan, zij zelf plannen voor de invulling kunnen maken. Erisman en zijn collega's gebruiken deze benadering ook in het Liveable Planetprogramma waar hij coördinator van is. Die benadering sluit ook aan op de sterke bottum-up-cultuur binnen de Universiteit Leiden.
Het Liveable Planet programma verenigt alfa-, bèta- en gammaonderzoekers van de hele universiteit om duurzaamheidsvraagstukken samen aan te pakken en te integreren in onderwijsprogramma's. ‘Heel veel mensen zijn in Leiden met verduurzaming bezig, maar die moet je wel bij elkaar brengen. Een multidisciplinaire aanpak is nodig. Wat daar ook bij hoort is, net zoals dat voor de lokale gemeenschappen geldt, een gemeenschappelijk doel, waar iedereen zich aan committeert. Ik ben een groot voorstander van vrijheid, om zo binnen kaders te kunnen ontwikkelen, ondernemen en excelleren. Het heeft grote voordelen omdat mensen vanuit hun eigen kracht werken aan datgene waarvoor zij intrinsiek zijn gemotiveerd.’
Tekst: Dagmar Aarts