De dag van Jasper
Jasper Knoester startte op 1 januari als onze nieuwe decaan. Hoe gaat het met hem, wat doet hij precies en hoe ziet zijn dag eruit? In elke nieuwsbrief geeft Jasper een inkijkje in zijn leven.
Maandag 28 februari
‘Het is maandag, dus om 6.48 uur in Groningen de trein in op weg naar Leiden. Dit weekend ben ik teruggekomen van een heerlijke week skiën, dus is er onderweg veel mail bij te werken. Het is plezierig dat in die week de dagen weer een stuk langer zijn geworden: al ruim voor Zwolle wordt het licht!
In Leiden belooft het een interessante dag te worden. Ik bezoek in de ochtend het LIACS, het zevende instituut dat ik bezoek. Die kennismakingsbezoeken vind ik ontzettend leuk en helpen om de faculteit goed te leren kennen. Het bezoek gaat van groep naar groep door het Snelliusgebouw. Enthousiaste staf, promovendi en studenten schotelen me interessante én onverwachte demo’s voor. Zo had ik niet verwacht ooit in een zebravis rond te lopen! Het bezoek eindigt met een paar korte presentaties en een gesprek over fondsenwerving en contacten met het bedrijfsleven. Het is goed om samen na te denken hoe we de faculteit op dit gebied sterker kunnen maken.
‘Ik had nooit verwacht in een zebravis rond te lopen’
In de middag is de overlegvergadering met de faculteitsraad. Wat fijn dat dat weer fysiek mag! In een zaal zitten met de raad in plaats van iedereen achter een scherm geeft toch een ander, veel levendiger overleg. De discussies zijn dieper en het gesprek actiever. Ook bijzonder is dat de voorzitter van de raad, wiskundestudent Victor van der Horst, het overleg voorzit. In de afgelopen jaren deed de decaan dat altijd maar ik zie liever dat de voorzitter uit de raad komt, dat brengt de raad in een betere positie om vragen aan het bestuur voor te leggen. In Groningen was ik niet anders gewend, maar ik heb niet eerder meegemaakt dat een student voorzitter is. Victor doet het uitstekend, hij leidt ons soepel door een gevarieerde agenda! Wat mij betreft gaan we het voortaan altijd zo doen.
In de avond blijf ik in Leiden. Ik bereid de overleggen van dinsdag voor, chat met mijn gezin en volg met grote zorg de ontwikkelingen in de Oekraïne. Aan het conflict zelf kunnen we als faculteit helaas weinig doen, maar de impact op onze facultaire gemeenschap zal onze aandacht hard nodig hebben. We zijn druk aan het nadenken hoe we collega’s die dat nodig hebben, kunnen ondersteunen. Op de centrale website kun je terecht voor informatie en hulp. En als faculteit maken we ook nog een speciale pagina met de acties die medewerkers van onze faculteit organiseren. Denk en help vooral mee om samen door deze moeilijke tijd te komen.’