‘Onderwijsonderzoek kan het hoger onderwijs echt verbeteren’
De nieuwe hoogleraar onderwijswetenschappen bij het ICLON, Roeland van der Rijst, wil zich ervoor inzetten dat de uitkomsten van onderzoek naar hoger onderwijs worden toegepast om het onderwijs te verbeteren.
Per 1 juli 2022 is Roeland van der Rijst bij het ICLON benoemd tot hoogleraar onderwijswetenschappen met de specifieke focus op hoger onderwijs. Zijn onderzoeksgebied omvat leren en doceren op hogescholen en universiteiten.
Roeland studeerde Natuurkunde & Sterrenkunde en Filosofie, en heeft een tweetalige universitaire lerarenopleiding gevolgd (vergelijkbaar met het World Teachers Programme van het ICLON) aan de Universiteit Utrecht. Daarna werkte hij als docent Natuurkunde in Pretoria (Zuid-Afrika) en Weesp. Hij wilde graag promoveren, omdat hij onderzoek doen en lesgeven een mooie combinatie vond. In 2004 begon hij bij het ICLON aan zijn promotieonderzoek over de verwevenheid van onderzoek en onderwijs op de bètafaculteit.
Hoger onderwijs verbeteren
Roeland vindt het belangrijk dat onderzoeksresultaten ook echt worden gebruikt om het onderwijs vorm te geven en te verbeteren. Wat weten we nu inmiddels over leren en hoe kun je het lesgeven verbeteren? Aan de vertaling van onderzoeksresultaten naar de praktijk wordt niet altijd genoeg aandacht besteed. Er is nu bijvoorbeeld veel onderzoek naar blended learning, hybride onderwijs en 'flipped' classroom. Het is belangrijk om de resultaten hiervan te gebruiken in cursussen en trainingen voor docenten, want docenten kunnen met deze kennis hun onderwijs versterken.
Een goede manier om onderwijsonderzoek en praktijk van elkaar te laten profiteren is bijvoorbeeld door als docent aan een hogeschool als zogenaamde buitenpromovendus promotieonderzoek te doen bij het ICLON. Naast een onderwijsbaan bij een hogeschool werken deze docenten aan hun proefschrift. Ze doen onderzoek naar hun eigen lespraktijk en kunnen resultaten meteen toepassen, zoals bijvoorbeeld Rineke Keijzer van de hogeschool Rotterdam die onderzoek deed naar de arbeidsmarktvoorbereiding van jongeren.
Ook aan de Universiteit Leiden kan dit. Zo doet Marleen Ottenhoff-de Jonge, hoofddocent en coördinator van de huisartsenopleiding van het LUMC, onderzoek naar de opvattingen van academici in geneeskunde opleidingen. De resultaten uit haar onderzoek zijn uiterst relevant voor het medisch onderwijs en kunnen direct geïmplementeerd worden.
Daarnaast zijn er ook fulltime promovendi in dienst van het ICLON. Zij hebben het voordeel dat ze alle tijd hebben om aan hun onderzoek te werken. Ze kunnen dan bijvoorbeeld instrumenten ontwikkelen die zowel in onderzoek als in de praktijk gebruikt kunnen worden. Een voorbeeld daarvan is het onderzoek van Max Kusters naar professionele beslissingsruimte die universitair docenten ervaren en hoe zij deze verder kunnen ontwikkelen. De resultaten uit zijn onderzoek zijn relevant voor de huidige discussie over erkennen en waarderen van onderwijsinzet.
Impuls aan ondewijsinnovatie
Roeland geeft als hoogleraar leiding aan het onderzoeksprogramma van het ICLON. De komende jaren wil hij samen met docenten in de faculteiten onderwijsonderzoek opzetten dat voor alle programma’s binnen de universiteit een impuls kan geven aan onderwijsinnovatie.
Verder vindt hij het belangrijk om onderzoek naar hoger onderwijs in Nederland en het buitenland een extra impuls te geven. Onderzoekers kunnen veel van elkaar leren. Het zou mooi zijn om in Nederland een hogerondewijsconferentie te organiseren, waar docenten en onderzoekers hun onderwijsonderzoek aan elkaar kunnen presenteren en met elkaar van gedachten wisselen over de toekomst van het hoger onderwijs.