Matthias Haentjens benoemd tot hoogleraar Civiel Recht
Matthias Haentjens is per 1 januari 2023 benoemd tot hoogleraar Civiel Recht aan de Universiteit Leiden. Zijn expertise ligt op het terrein van het goederenrecht, het insolventierecht en het internationaal privaatrecht.
In zijn nieuwe functie zal hij zich richten op het vermogensrecht in brede zin, en op het goederenrecht in het bijzonder. Haentjens is met name geïnteresseerd in de veerkracht van het systeem van privaatrecht waar het nieuwe vermogensrechten betreft, zoals digitale goederen en emissierechten. Ook de wisselwerking tussen het Europees recht en het nationaal privaatrecht, en tussen het privaatrecht en het bestuursrecht heeft zijn bijzondere belangstelling. ‘Is ons vermogensrecht klaar voor de komende decennia, waarin klimaatverandering en digitale innovatie ons voor grote uitdagingen zullen stellen?’
Haentjens is sinds 1 augustus 2012 verbonden aan het Instituut voor Privaatrecht als hoogleraar financieel recht. Voordat Haentjens werd benoemd als hoogleraar aan de Universiteit Leiden, was hij advocaat bij De Brauw Blackstone Westbroek. In die hoedanigheid voerde hij een gecombineerde transactie- en procespraktijk en maakte hij deel uit van de cassatiepraktijkgroep. Haentjens studeerde Grieks en Latijnse Talen en Culturen aan de Universiteit van Amsterdam en haalde zijn doctoraalexamen in 2001. Hij werd leraar klassieke talen, maar behaalde ook zijn doctoraalexamen Rechtsgeleerdheid (cum laude) in 2003, ook aan de Universiteit van Amsterdam. Aan dezelfde Universiteit promoveerde hij in 2007. Hij was gastonderzoeker aan Université de Paris II (Panthéon-Assas), Harvard Law School en New York University School of Law. In 2015-2016 was hij gasthoogleraar aan de Universiteit Gent.
Rol in wetgevingstrajecten
Sinds 2016 is Matthias Haentjens tevens rechter-plaatsvervanger in de Rechtbank Amsterdam en sinds 2020 is hij lid van de commissie cassatie van de Nederlandse Orde van Advocaten. Zijn expertise ligt op het terrein van het goederenrecht, het insolventierecht en het internationaal privaatrecht. Haentjens heeft in verschillende wetgevingstrajecten een rol gespeeld, zowel op nationaal als internationaal niveau. Zo werkte hij mee aan de totstandkoming van de Europese Verordening ‘Toepasselijk Recht op de Overdacht van Vorderingen’ en heeft hij bijgedragen aan wijzigingen van de Wet Giraal Effectenverkeer. Thans is hij betrokken bij de wetgevingsprojecten van UNIDROIT ‘Digital Assets and Private Law’ en ‘Bank Insolvency’. Hij is verkozen lid van verschillende prestigieuze internationale beroepsverenigingen, waaronder het International Insolvency Institute, het European Law Institute en het European Banking Institute. Bij die laatste organisatie is hij Secretary van de Academic Board..
Als zijn kernpublicaties mogen gelden het preadvies voor de Vereniging Internationaal Insolventierecht ‘COVID-19 als stress-test voor het insolventierecht’ (2021), het boek ‘Financial Collateral: Law and Practice’ (Oxford University Press, 2020) en zijn Gentse oratie ‘Incoherentie verenigd, Privaatrechtelijke concepten onder druk van Europees financieel recht’ (Tijdschrift voor Privaatrecht 2017/III). Haentjens zal onderwijs verzorgen in de bachelor en master, en zijn onderzoek voortzetten in het onderzoeksprogramma Coherent Privaatrecht.