Internationale organisaties binnenhalen door die extra stap te zetten
Het aantal internationale organisaties is de afgelopen decennia toegenomen, evenals het aantal steden dat deze organisaties wil aantrekken. Internationale organisaties brengen steden welvaart en een betere reputatie, en ze werken vaak als een magneet voor andere internationale ondernemingen. Rosa Groen onderzocht wat het succes is van steden om ervoor te zorgen dat een internationale organisatie zich daar vestigt. Promotie donderdag 24 november.
De concurrentie tussen steden om internationale organisaties aan te trekken is enorm toegenomen. Steden en gastlanden spannen zich in om deze organisaties aan te trekken. Maar de procedures en strategieën om dit te bereiken zijn nog niet goed geanalyseerd. In deze dissertatie onderzoekt Rosa Groen de successen en mislukkingen van governance netwerken die internationale organisaties aantrekken in vier kleine tot middelgrote steden: Genève, Den Haag, Wenen en Kopenhagen. Groen: ‘Door acht casussen te onderzoeken, waarvan de helft geslaagd en de helft gefaald, heb ik geprobeerd te verklaren waarom sommige processen wel succesvol zijn verlopen en andere niet. Hiervoor hield ik 175 interviews met 150 betrokkenen. De meest succesvolle netwerken zijn bereid ‘de extra mijl’ te gaan. Deze term wordt in interviews veel genoemd en laat zien dat 'het maximale eruit halen' een voorwaarde is voor netwerksucces.’
Externe oriëntatie van netwerken
De voornaamste conclusie uit het onderzoek is dat de netwerken die zo’n organisatie willen binnenhalen extern georiënteerd moeten zijn. Groen: ‘Deze beleidsnetwerken, die meestal uit zes tot twaalf personen bestaan, dienen gericht te zijn op de binnen te halen organisatie, op haar wensen en mensen. Het is belangrijk dat deze netwerken hun buitenlandse contacten aanhalen en gerichte informatie over de inhoud van de organisatie verzamelen. Ze moeten in contact blijven met de gevestigde internationale organisaties en de internationale gemeenschap. Hiervoor is het belangrijk de continuïteit te bewaren door sleutelposities binnen de stad niet te vaak te laten wisselen.’
De juiste personen
Een tweede conclusie gaat over de samenstelling van de netwerken die bezig zijn met het behouden en aantrekken van internationale instellingen. Als slechts één centraal departement verantwoordelijk is werkt dit minder goed. Groen: ‘Uit het onderzoek kan worden opgemaakt dat de juiste verbindende personen - of 'institutionele stekkers' - van belang zijn voor de beleidsnetwerken. Dit zijn personen die net dat extra budget kunnen laten vrijmaken, of net die ene lidstaat kunnen laten stemmen op zijn of haar gastland. Daarmee is het met name essentieel dat naar de vertegenwoordigende (politieke) afdelingen het belang wordt uitgedragen van het behouden en binnenhalen van internationale organisaties. Het regelmatig benoemen van dit belang in een interdepartementaal overleg zou bijvoorbeeld al helpen.’
Meer divers is meer succesvol
Een derde conclusie gaat over de diversiteit en de grootte van beleidsnetwerken. ‘Hoe meer divers de groep die een internationale instelling binnenhaalt, hoe succesvoller. Als er bijvoorbeeld kennisinstellingen, NGO’s, representanten van gelijksoortige internationale organisaties en ambassadeurs bij betrokken worden, heeft het proces meer kans van slagen. Het helpt ook als dit een grotere groep personen is. Alle actoren in zo’n breed netwerk kunnen weer anderen warm maken voor de nieuwe binnen te halen organisatie.’
Zal Nederland die extra stap zetten?
Momenteel heeft Nederland net de strijd opgegeven om de Anti Money Laundering Authority binnen te halen. Dit is een nog op te richten Europees agentschap dat in het komende jaar in Duitsland, Italië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Oostenrijk of Spanje zijn deuren zal openen. Het binnenhalen van deze autoriteit had de reputatie van Nederland rond het tegengaan van witwassen en terrorismefinanciering kunnen verbeteren. Echter, er is echt een commitment van het kabinet om zo’n agentschap binnen te halen nodig, en dat kon niet worden gegarandeerd, bleek gedurende het proces. Groen: ‘Het is helaas niet gelukt om als Nederland die extra stap te zetten bij het proberen aan te trekken van deze organisatie.’
Promotie: Donderdag 24 november
Volg deze promotie online via livestreamRosa Groen promoveerde via het Dual PhD Centre van de Universiteit Leiden. Naast haar promotietraject werkt Groen bij De Haagse Hogeschool als docent-onderzoeker bij lectoraat European Impact Hub en de opleiding European Studies. Binnen het lectoraat voert ze adviesprojecten uit voor ministeries, gemeenten en uitvoeringsorganisaties en doet ze samen met studenten onderzoek naar thema’s als Vrede, Recht en een stabiele overheid (SDG 16). Een van de projecten waar Groen onderzoek naar doet richt zich op arbeidsmigratie. Studenten interviewen steden over de huisvesting en registratie van arbeidsmigranten en bedrijven en representanten in Brussel van de regio die ze toegewezen krijgen (SDG’s 8 en 12). Ze schreef daarover dit opiniestuk in Trouw.