Congres eindevaluatie kinderbeschermingsrecht: ‘Geef kinderen een stem’
‘Het systeem faalt’, ‘de doelen worden maar beperkt bereikt’, ‘we laten de kinderen in de steek’. Zo luidden de krantenkoppen naar aanleiding van het rapport dat in september werd gepubliceerd door onderzoekers van de Universiteit Leiden. Zij onderzochten in opdracht van de WODC de Wet herziening kinderbeschermingsmaatregelen dat sinds 2015 van kracht is. Het leidde tot een zeer kritisch rapport met de nodige aanbevelingen om het systeem grondig te herzien. Het leidde ook tot een grote opkomst voor het gelijknamige congres dat 20 januari plaatsvond in het Kamerlingh Onnes Gebouw in Leiden.
Niet aarzelen
Het congres werd geopend door minister van Rechtsbescherming Franc Weerwind die zijn dank uitsprak voor het uiterst kritische rapport van de onderzoekers. ‘Ik ben dankbaar voor de kracht van de aanbevelingen, en de rol van de universiteit om het ministerie te tutoyeren. We praten hier over kwetsbare ouders en kinderen, waarvan de kinderen aangeven niet genoeg gehoord te worden. Het is van belang dat we als ervaringsdeskundigen mét de kinderen praten, en niet over. We gaan ook concreet met de aanbevelingen aan de slag. We moeten nu niet aarzelen, maar handelen.’
Groot en onbegrijpelijk
Een belangrijk spreker van deze dag, en luid drager van dit sentiment, was Hannah Hollestelle. Zij heeft een groot deel van haar leven met jeugdbescherming te maken gehad en is ook meermaals uit huis- en weer terug geplaatst. Zelf spreekt zij nu veel met jongeren die in een gelijksoortige situatie zitten. ‘Voor jongeren is het hele traject van uithuisplaatsing enorm groot en onbegrijpelijk. Zij zien het effect van hun eigen mening niet. Er zijn ook maar weinig momenten waarop een kind kan bepalen wat voor hulp het wil.’ Zij gaf aan dat deze situatie zorgt voor een machteloos gevoel: ‘Het is moeilijk te bepalen wanneer en waar je als jongere een stem hebt. Het is daarom echt belangrijk dat jongeren begeleidt worden zodat zij leren hoe zij aan kunnen geven wat voor hulp ze willen en nodig hebben. Geef jongeren een stem in dit proces.’
Begin bij de bron
Hoogleraar Jeugdrecht en een van de schrijvers van het onderzoek Mariëlle Bruning benadrukte de problematiek rondom de wet voor uithuisplaatsing. ‘Het is enkel en alleen gefocust op de bescherming van de kinderen. Maar waar moet je het kind voor beschermen? Een onveilige thuissituatie. Hier ligt de bron van de problematiek en hier moeten we ook beginnen met oplossen. Kijk eerst of je iets kan doen aan de onveilige thuissituatie voordat je een kind uit huis plaatst en later weer terug plaatst. Dat is namelijk enorm schadelijk voor zowel ouder als kind.’
In gesprek blijven
Naast plenaire lezingen bevatte het congres ook een groot scala aan workshops waarin de aanwezigen verder konden praten over onderwerpen uit het rapport en konden meedenken over aanbevelingen. Zo werd er nagedacht over het nut van rechtsbijstand bij uithuisplaatsing; een maatregel onlangs aangekondigd door minister Weerwind. Een andere workshop behandelde de passieve rol van de Nederlandse kinderrechter. Heeft deze misschien te weinig bevoegdheden? En in een volgende zaal werd de problematiek rondom ‘vrijwillige hulp bij uithuisplaatsing’ besproken. Uit het onderzoeksrapport kwam namelijk naar voren dat ouders deze ‘vrijwillige’ hulp veelal ervaren als dwang. Bruning benadrukte het belang van deze discussies: ‘Alles wat in de workshops wordt besproken koppelen we ook terug aan het ministerie.’ Bruning hoopt het gesprek zo in stand te houden. ‘Veel rapporten belanden na publicatie in een bureaulade. Ik vind het prachtig dat we aan de hand van dit rapport wel in gesprek zijn gegaan en deze discussie verder kunnen voeren. Het is ontzettend belangrijk dat we hierna ook niet stoppen, maar elkaar blijven vinden.’
Tekst: Mireille van der Stoep
Foto's: Monique Shaw