Vijf jaar geleden vluchtte Recep uit Turkije, nu geeft hij les aan de hogeschool
Vijftien jaar deed Recep Uysal in Turkije onderzoek naar de positieve psychologie, hij promoveerde er zelfs op. Tot hij moest vluchten en in Nederland vanaf nul begon. In de onderzoeksgroep van psycholoog Anke Klein hervond hij zijn liefde voor het vakgebied, al bleek terugkeren in de academische wereld een beproeving.
Gevluchte wetenschappers worden niet voldoende gesteund als ze hun academische werk in Nederland willen voortzetten. Dat concludeert de KNAW in een rapport dat eind januari verscheen. Geld om tijdelijke beurzen en aanstellingen te krijgen ontbreekt en er is grote behoefte aan een landelijke structuur voor opvang, ondersteuning en informatievoorziening. Als er iemand is die heeft ervaren hoe onmisbaar zo'n beurs en goede begeleiding zijn, is het Recep Uysal. Hij en Leidse psycholoog Anke Klein doen nu drie jaar samen onderzoek, een leerschool voor allebei. Klein: 'Ik bewonder zo hoe Recep, ondanks alles wat hij heeft meegemaakt, altijd positief blijft.'
Positieve psychologie
In 2018 moest Uysal met zijn vrouw en twee kinderen om politieke redenen uit Turkije vluchten. Ze kwamen in Nederland terecht en verhuisden van azc naar azc. Eerst Maastricht, daarna Apeldoorn. Terwijl Uysal naar een basis zocht voor zijn gezin, probeerde hij zijn academische carrière voort te zetten. ‘Het was mijn droom om hoogleraar te worden in de positieve psychologie.' Via een kennis hoorde hij van de Hestiabeurs van NWO, die gevluchte academici koppelt aan lopende onderzoeksprojecten en zo de kans op een succesvolle doorstart vergroot.
Tot zijn vreugde kon Uysal aansluiten bij onderzoek van Klein. Onder haar begeleiding startte hij een onderzoek naar de rol van zelf-effectiviteit in de behandeling van angstklachten bij kinderen: als kinderen geloven dat ze een obstakel kunnen overwinnen, hoe moeilijk die ook lijkt, vergroot dat vertrouwen dan hun kans op succes?
'Het was mijn droom om hoogleraar in de positieve psychologie te worden'- Recep Uysal
Nog niet alle data van hun onderzoek is binnen, maar Uysals eigen leven doet vermoeden dat volharding beloont. Naast de Hestiabeurs sleepte hij samen met Klein ook een Scholar Rescue Fund uit Amerika binnen, waardoor hij zijn onderzoeksproject kon verlengen tot het najaar van 2022. Sinds een paar maanden werkt hij als docent Pedagogiek aan de Hogeschool InHolland in Amsterdam en volgt hij een opleiding in de cognitieve gedragstherapie.
Knetterhard werken
Toen ze elkaar leerden kennen, sprak Uysal direct zijn ambitie uit om hoogleraar te worden. Klein wilde hem helpen om zijn droom te verwezenlijken, al bleek de realiteit weerbarstig. Uysal: ‘De academische wereld in Turkije zit anders in elkaar en vereist andere vaardigheden. Daar kun je professor worden als je meerdere artikelen hebt geschreven, of een academisch boek. In Nederland is de citation factor hoog en is het belangrijk dat je in top journals publiceert. Ook moet je vroeg in je carrière al veel beurzen binnenslepen. Er is veel prestatiedruk en competitie.’
Onlangs bezocht Uysal een bijeenkomst van het UAF, een stichting die vluchtelingen helpt bij het vinden van een baan die bij hen past. ‘Daar hoorde ik dat slechts elf procent van de gevluchte promovendi hier hun wetenschappelijke carrière oppakt.’
'Ik vond het moeilijk om te zien dat Recep knetterhard werkte, maar dat het niet genoeg was' - Anke Klein
Na een half jaar hard werken, waarin hun onderzoek door corona stroef opstartte, kwamen ze tot de conclusie dat het hoogleraarschap voor Uysal nu niet haalbaar was. ‘Dat vond ik moeilijk om te zien’, zegt Klein, ‘dat Recep zoveel ambities had, knetterhard werkte en altijd positief bleef, en dat het niet genoeg was omdat de standaarden hier zo hoog liggen. Dit geldt trouwens ook voor Nederlandse onderzoekers; als aio en postdoc moet je ook aan torenhoge eisen voldoen.’
Andere wegen naar succes
Klein en Uysal besloten andere gesprekken te voeren: niet over hoe ze in een razend tempo artikelen konden publiceren, maar over alternatieve wegen naar succes. Uysal: ‘Als dit niet kon, wat dan wel? Waar kan ik nu naartoe werken?’
Een baan die wel binnen de mogelijkheden lag, was die van docent in het HBO. Naast dat hij lesgeeft in de Pedagogiek, hoopt hij ook snel aan te sluiten bij het onderzoeksteam. ‘Maar dit is voor mij nog een oriëntatiejaar. Ik kom als buitenlander in een nieuw systeem, de hogeschool is ook een nieuwe omgeving voor me. Dit is een mooie kans om mijn Nederlands te verbeteren en tegelijkertijd mijn expertise te gebruiken.’
Posttraumatische groei
Wat betekent het om een goed leven te leiden? Hoe houd je hoop in moeilijke tijden? Wat is succes, en is een succesvol leven hetzelfde als een betekenisvol leven? Uysal doet twintig jaar onderzoek naar dit soort vragen en verweeft de inzichten fanatiek in zijn levenshouding. Dat deed hij al voor hij met zijn gezin moest vluchten, maar nu nog meer. ‘Ik sta altijd met een lach voor de klas en probeer de kleine, positieve dingen op te merken.’
'Toen we net in Nederland kwamen, voelde ik me vaak schuldig naar mijn kinderen toe' - Recep Uysal
Een belangrijk concept voor hem is 'posttraumatische groei'. ‘Dat gaat over hoe wij mensen onze veerkracht terugvinden na een trauma. Het idee dat traumatische ervaringen ook een andere kant hebben en zelfs een positieve invloed kunnen hebben op je leven.’ Hij herkent zich erin. ‘Ik vind dat ik door al mijn ervaringen, door te moeten vluchten, competenter ben geworden, ik voel meer zelfeffectiviteit. Ik zie zoveel mogelijkheden om bij te dragen aan de maatschappij, aan de hogeschool, de mensen met wie ik werk.’
Zelfcompassie
Ook het beoefenen van zelfcompassie heeft Uysal geholpen in moeilijke tijden. ‘Toen we net in Nederland kwamen, voelde ik me schuldig naar mijn kinderen toe. Ik nam het mezelf kwalijk dat ik ze in deze situatie had gebracht, zij konden er toch niks aan doen? Later besefte ik dat ik compassievoller naar mezelf mocht zijn, ik deed mijn best.’
In hun gesprekken kwamen Klein en Uysal vaak tot de conclusie dat we in de maatschappij, en ook de academische wereld, veel focus leggen op dingen die er misschien niet echt toe doen. Klein: ‘Gaat het echt om die hoge positie, om alle status en geld, of gaat het om liefde voor je vakgebied? Ik ben zelf veel gelukkiger als ik doe wat ik leuk vind in plaats van alleen maar als een gek te gaan werken. Recep zei een keer tegen mij: “Ben je niet teleurgesteld in mij nu het anders loopt dan gepland?” Ik zei: 'Nee, juist niet, want dit is jouw pad en het maakt mij gelukkig te zien dat je je eigen weg volgt. Daar haal ik plezier en voldoening uit.''
Voor de jonge generatie
Uysal is al die jaren geregeld onderwerp van gesprek geweest tussen Klein en haar vier kinderen. ‘Ik bespreek thuis alles, ook de verhalen van Recep: hoe moeilijk het is om te vluchten, hoe dankbaar we mogen zijn dat we hier veilig zijn. En hoe belangrijk het is om compassie te hebben voor elkaar, want met elkaar moeten we het doen.’
Die boodschap willen ze overdragen aan de jonge generatie. Aan hun studenten, de kinderen die ze behandelen, maar ook aan hun eigen kinderen. Uysal: ‘Ik vind het belangrijk dat mijn kinderen zelfstandig zijn, en dat ze inzien dat je uiteindelijk gelukkig wordt in je werk door anderen te helpen, en dat met mooie mensen te kunnen doen.’