Collegecolumn: Werken aan internationalisering met Europese universiteiten
Als universiteit hebben we ons recent aangesloten bij de Europese Universitaire alliantie Una Europa. Afgelopen week kwamen medewerkers van de elf aangesloten universiteiten bij elkaar in Leiden om over onze samenwerking door te praten. Het was een heel inspirerende bijeenkomst waar ik veel mensen van andere universiteiten heb ontmoet.
In deze rubriek geven Annetje Ottow, Hester Bijl en Martijn Ridderbos een kijkje achter de schermen bij het College van Bestuur van de Universiteit Leiden. Hoe ziet hun werk eruit? Waar zijn ze enthousiast over? Wat zijn uitdagingen die ze tegenkomen? Het bouwen aan een gezonde, betrokken en lerende organisatie begint met het delen van wat je bezighoudt. Deze keer is het de beurt aan Hester Bijl.
De in 2019 opgerichte alliantie Una Europa werkt aan een ‘multicampus’-universiteit die dwars door Europa loopt. Deze ‘Universiteit van de Toekomst’ is internationaal en interdisciplinair en gericht op het oplossen van problemen uit de samenleving, zowel binnen als buiten Europa. Leidende thema’s binnen Una Europa zijn cultureel erfgoed, datawetenschap en kunstmatige intelligentie, Europa en de wereld, gezondheid, duurzaamheid, en toekomstige materialen.
Wij zijn relatief kort lid van Una Europa, dus het leek mij goed om dan juist samen te komen hier in Leiden. Op die manier konden onze eigen mensen makkelijk meedoen en leren de andere universiteiten ons beter kennen. Door hier te zijn, konden ze Universiteit Leiden echt beleven. Deze bijeenkomst, de General Assembly, doen wij twee keer per jaar, elke keer bij een andere universiteit.
Europese bachelor
Tijdens de bijeenkomst is gesproken over belangrijke ontwikkelingen binnen Europa waarvan internationalisering er een is. De Europese universiteiten willen samenwerken in onderzoeksprogramma’s en samen onderwijs aanbieden. Een voorbeeld daarvan is de multidisciplinaire bachelor European Studies die afgelopen september van start is gegaan. Dit is echt een unieke samenwerking in Europa. Daarnaast wordt nog een bachelor ontwikkeld op het gebied van duurzaamheid.
Voor studenten is zo’n Europese bachelor een geweldige ervaring. Ze volgen verschillende semesters onderwijs in andere Europese steden en krijgen dus ook les van docenten van veel verschillende universiteiten. Daarnaast zitten de studenten in de klas met studenten uit andere culturen en met andere perspectieven. Door studenten zo op te leiden kunnen we als Europa een goede stap zetten rond thema’s als duurzaamheid en European studies. Daar geloof ik echt in.
Een ander mooi voorbeeld van internationalisering is dat er een interdisciplinair trainingsprogramma voor jonge onderzoekers wordt ontwikkeld. Promovendi kunnen zo leren samenwerken met onderzoekers van andere universiteiten die niet in hetzelfde vakgebied werken. Zo kunnen mooie vernieuwende projecten ontstaan. Ook wordt er hard gewerkt aan gezamenlijke onderzoeksaanvragen bij de EU.
Beter onderwijs en onderzoek
Als universiteit kunnen we dankzij onze samenwerking in Una Europa nog beter onderwijs en onderzoek doen. Het is een netwerk van uitstekende universiteiten, die krachtig onderzoek doen, waar we al langdurig en veel mee samenwerken en die een beetje op ons lijken. Afgelopen week is besloten meer geld vrij te maken voor seed funding grants om gezamenlijke nieuwe initiatieven van partners te ondersteunen en nieuwe partners de kans te geven goed aan te sluiten.
Naast samenwerking binnen de Europese campus richt Una Europa zich ook op de rest van de wereld. Tijdens de bijeenkomst is veel gesproken over Afrika als prioriteit binnen deze globale outlook en hoe we de samenwerking met dit continent gezamenlijk met partners daar kunnen vormgeven. Jonge onderzoekers vormen een belangrijke prioriteit binnen deze ambities.
Herken jij je in dit verhaal? Of deel je graag jouw inzichten of ervaringen naar aanleiding van deze column? Stuur dan een mail naar h.bijl@cvb.leidenuniv.nl.