Samen doorpakken met de personeelsmonitor: ‘Zorg dat het geen eenmalig gesprek blijft’
Wie fit wil zijn, moet regelmatig naar de sportschool en tandenpoetsen doen we – als het goed is – twee keer per dag. Dus waarom zouden we niet continu werken aan een veilig en gezond werkklimaat, stelt HR-directeur Esther van Opstal in een gesprek over hoe het nu staat met de opvolging van de personeelsmonitor.
Ha Esther, het is alweer ruim een half jaar geleden dat de resultaten van de personeelsmonitor bekend werden. Wat is er sindsdien mee gedaan?
‘Heel veel! Ik ben echt trots op hoe collega’s hier op hun eigen manier werk van hebben gemaakt. We hebben veel mooie voorbeelden gezien van hoe mensen als team in gesprek zijn gegaan over de uitkomsten. Om leidinggevenden bij die gesprekken te ondersteunen, hebben we begin dit jaar webinars georganiseerd en ook daar is enthousiast op gereageerd: veel teamleiders gebruiken deze instrumenten nog steeds voor hun werk. Wat ik ook gaaf vind, is dat de wetenschappelijk directeuren na de monitor hebben gevraagd om intervisiegesprekken, zodat ze van elkaar konden leren.’
‘We willen dat collega's zich betrokken voelen bij de universiteit en dat ze met plezier naar hun werk gaan’
Wat is nu de volgende stap?
‘We zijn sinds januari op elk organisatieniveau met elkaar in gesprek gegaan over de monitor: als teams, instituten, expertisecentra en faculteiten. Ook zijn de resultaten meerdere keren besproken met de medezeggenschap. Parallel hieraan heeft het College van Bestuur samen met de decanen en HR vastgesteld met welke onderwerpen we universiteitsbreed aan de slag willen. Onder het mom van “liever drie thema’s goed uitwerken, dan zes voor de helft” hebben we gekozen voor: welzijn en sociale veiligheid; de onboarding voor nieuwe medewerkers – met name voor internationale collega’s; en het markeren van leiderschap.
Waarom verdienen deze thema’s prioriteit?
‘Omdat we streven naar een gezonde, betrokken en lerende gemeenschap. We willen een organisatie zijn waarbinnen mensen zich vrij voelen om zichzelf te uiten en ieders opvatting gehoord wordt. Dat maakt aandacht voor welzijn, veiligheid en werkdruk extra belangrijk. En een goede onboarding is nodig omdat we willen dat onze medewerkers zich betrokken voelen bij de universiteit en dat ze met plezier naar hun werk gaan. Vooral voor internationale collega’s kunnen we hierin meer betekenen.’
En waarom is het belangrijk dat iemand zich markeert als leidinggevende?
‘Omdat juist deze collega’s kunnen zien hoe het gesteld is met welzijn en werkdruk binnen een team. Een HR-medewerker kan die vinger niet aan de pols houden; het zal echt in het dagelijks contact moeten gebeuren. Veel collega’s zeggen nu: “Maar ik ben toch helemaal niet leidinggevend, ik stuur alleen een paar mensen aan.” We hopen dat ons management zichtbaarder wordt.’
‘We kunnen niet maar één dag per jaar met elkaar over werkdruk praten’
Wat gaan medewerkers van deze plannen merken?
‘Voor welzijn en sociale veiligheid bereiden we onder andere een campagne voor. Ook worden er plannen uitgewerkt voor een verbeterde onboarding en een nieuwe aanpak voor leidinggevenden. Maar als het goed is, merken collega’s vooral dat het gesprek over deze onderwerpen niet ophoudt. Idealiter wordt het de dagelijkse praktijk om het met elkaar te hebben over thema’s als welzijn, inzetbaarheid en diversiteit. Het belangrijkste is dat het geen eenmalig gesprek blijft.’
En wat kunnen medewerkers zelf doen?
‘Ik val misschien in herhaling, maar: blijf met elkaar praten! Een leidinggevende neemt het initiatief, maar elke medewerker heeft een eigen verantwoordelijkheid om het gesprek vervolgens gaande te houden en niet weg te kijken. Daarnaast kunnen we wat mij betreft met elkaar best wat trotser zijn op wat er allemaal wél goed gaat. En we moeten ons toch realiseren dat we niet alles kunnen doen. Dus stel kleinere, realistische doelen met elkaar – en vier die succesjes ook vooral.’
Je hebt tot slot nog een kijktip. Vertel!
‘Klopt, ik vind zelf de visie van managementgoeroe Simon Sinek heel inspirerend en herkenbaar. Hij zegt: het gaat om consistent gedrag. Als jij gezond en fit wilt zijn, heeft het geen enkele zin om één dag per jaar opeens enkel appels te eten en non-stop te sporten. Aan je relatie werk je ook continue en tandenpoetsen moet elke dag. Zo is het met welzijn, inzetbaarheid en inclusie ook. Je moet er, hoe moeilijk het ook is, continue iets aan proberen te doen, stapje voor stapje. We kunnen niet één dag met elkaar over werkdruk praten en er dan weer voor een jaar vanaf zijn. Het filmpje waarin Sinek zijn visie toelicht, kan ik iedereen aanbevelen!’
Tekst: Evelien Flink
Banner: Monique Shaw