Universiteitsraad akkoord met universitaire begroting
De Universiteitsraad (UR) heeft op 18 december 2023 ingestemd met de hoofdlijnen van de universitaire begroting voor 2024. Ook zal de UR positief adviseren op de begroting 2024-2028. Tijdens een eerdere overlegvergadering met het College van Bestuur (CvB) gaf de raad nog aan dat hij dat nog niet kon doen en nader in gesprek wilde met het CvB. De UR wilde van het CvB toen meer toezeggingen over de aanpak van de werkdruk.
CvB-vicevoorzitter Martijn Ridderbos beloofde tijdens de extra overlegvergadering op 18 december dat het CvB een tot twee miljoen euro vrij zou maken voor het verminderen van werkdruk van medewerkers. Hiertoe wordt een zogenoemd Werkdrukverlichtingsfonds opgericht, waar bijvoorbeeld faculteiten een beroep op kunnen doen. Daarnaast zegde het college toe de raadsleden intensief te betrekken bij het opstellen van de volgende kadernota. Deze toezeggingen trokken de UR uiteindelijk over de streep.
Tijdens een eerdere vergadering gaf de raad nog aan dat zij niet met de begroting in wilde stemmen, vooral omdat zij een centrale visie miste op werkdrukvermindering. De UR gaf het CvB toen een week de tijd om met een oplossing voor dit probleem te komen. In een brief die het college vorige week verstuurde, had het al aangegeven welke extra middelen het wilde inzetten in de strijd tegen de werkdruk. Tijdens de vergadering van maandag lichtte het college zijn voornemens verder toe.
Werkdrukverlichtingsfonds en Kadernota
De meeste UR-fracties zijn blij met de toezeggingen van het CvB, hoewel sommige leden het bedrag voor het op te richten Werkdrukverlichtingsfonds te laag vinden. Het geld dat het college nu heeft toegezegd komt uit de pot voor onvoorziene zaken. Nog meer geld vrijmaken door te schuiven met budgetten, iets waar een UR-lid om vroeg, was volgens Ridderbos niet mogelijk, omdat ‘alles in de begroting in elkaar grijpt’.
In het proces richting de Kadernota 2025-2029 is meer ruimte om grote aanpassingen in budgetten te doen, want dan worden de financiële ontwikkelingen voor de komende jaren geschetst. Het CvB zegde de raad toe hem intensief te betrekken bij het kadernotaproces. De raadsleden staan positief tegenover dit voornemen. UR-lid Mark Dechesne (partij Leidse Academische Gemeenschap): ‘We vinden het heel belangrijk dat wij als raad de ruimte krijgen om mee te denken over de vormgeving van de Kadernota van 2025 tot 2029. En wij zullen werkdruk daar dan ook nadrukkelijk ter sprake brengen.’
Positief effect
Dankzij de instemming en het positieve advies van de UR zal de begroting voor het komend jaar dus worden vastgesteld. Dat de raad zo’n scherpe discussie met het college voerde over werkdruk heeft volgens Ridderbos al een positief effect op de organisatie. Het college kan hierdoor makkelijker aan faculteiten en andere bestuurders laten zien dat werkdruk een heel erg belangrijk thema binnen de universiteit is. ‘Daar helpt u het college ook weer mee.'