‘Bless the mess’ en andere tips voor betere interdisciplinaire samenwerking
Vertrouwen hebben, openstaan voor conflict en verschillen, de tijd nemen: het is slechts een kleine greep uit de tips voor interdisciplinaire samenwerking die langskwamen tijdens een Leids symposium op 1 februari. De tweede sessie vindt plaats op donderdag 14 maart.
Welke concrete stappen kunnen we binnen de Universiteit Leiden nemen om interdisciplinaire samenwerking te bevorderen? Dat was de hoofdvraag van het eerste symposium over interdisciplinariteit, onderdeel van een drieluik. Deelnemers ontvingen in plenaire sessies informatie over de universitaire Kiem-Groei-Bloei-programma’s (centrale universitaire financiering om interdisciplinaire projecten op te zetten), en over externe inzichten in interdisciplinair samenwerken. Maar je kon ook zélf aan de slag; tijdens speeddates zochten deelnemers mogelijke samenwerkingspartners, in een tweede deelsessie bespraken onderzoekers praktische do’s and don’ts rondom interdisciplinair samenwerken met elkaar.
Kiem-Groei-Bloei
Sicco de Knecht, hoofd onderzoeksbeleid, trapte af met een overzicht van plannen rondom de geplande Kiem-Groei-Bloei-programma’s, waarmee de universiteit interdisciplinaire samenwerking wil bestendigen.
De universiteit heeft plannen voor drie verschillende instrumenten. De Kiem-subsidies van maximaal 10.000 euro zijn bedoeld als seed grants om interdisciplinaire initiatieven te laten opbloeien. In Groei wordt de nadruk gelegd op training en ontwikkeling van interdisciplinaire onderwijs- en onderzoeksvaardigdheden. De Bloei-subsidies zijn bedoeld om bestaande interdisciplinaire programma’s verder door te ontwikkelen zodat de universiteit zich hiermee kan profileren. Aan de precieze planning van Kiem-Groei-Bloei wordt gewerkt.
Archeoloog Angus Mol vertelde vervolgens, als succesvol aanvrager van het Kiem-project Minecraft in Marokko, wat zo’n project kan opleveren en welke praktische lessen hij meeneemt. Hij benadrukte vooral het belang van open staan voor speelsheid in de samenwerking. ‘Bless the mess, find the fun’, adviseerde hij onder meer.
Nederigheid en mini-me’s
Terwijl in één ruimte veel mensen enthousiast aan de slag gingen met Kiem-speeddates, was er in een tweede sessie aandacht voor opgedane ervaringen met interdisciplinair onderzoekssamenwerking vanuit de stimuleringsprogramma’s. Jan Aart Scholte, van onderzoeksprogramma Global Transformations and Governance Challenges, stipte het belang van een open houding aan. Als uitloper daarvan noemde hij nederigheid. ‘We’re all very proud academics with our doctorates and publications. We make it in our career to tell people how much we know. But it’s really good in interdisciplinary encounters to admit how much you don’t know, how little you know, in fact. And how much others in different fields can help you.’
Marieke Liem, co-trekker van het onderzoeksprogramma Sociale Veerkracht en Veiligheid, haakte daarop aan. Ze zei onder meer: ‘In the context of the interdisciplinary research programme, particularly in the beginning, it is very tempting when putting together a team to hire a mini-me − a person who’s just like you. You speak the same language. You may think it is going to be easy to talk to one another and get things done because you understand one another. You may think: This person is from the same background or has the same point of view. And in the beginning, this is very convenient because you speak the same language. But that can be really inhibiting in the long run because there is a lack of different flavour. It’s just a mini version of you.’
Hoge risico's, grote beloningen
Tot slot deelde Roosmarijn van Woerden, onderzoeker aan de Universiteit Utrecht, resultaten van haar onderzoek naar interdisciplinair samenwerken. Zij omschreef interdisciplinaire projecten als ‘high risk, high rewards’-werk. Een concrete ‘do’ is volgens haar: ‘Discuss each others differences in working style, goals and expectations.’ En een ‘don’t’: ‘Let conceptual unclarities slide.’
Dit symposium was de eerste aflevering van een drieluik over interdisciplinaire samenwerking. De volgende sessie, over inter- en trandisciplinaire samenwerking tussen onderwijsinstellingen, vindt plaats op donderdag 14 maart in Leiden. Hier vind je het volledige programma en aanmeldmogelijkheid.