Universiteit Leiden

nl en

Column: Vrijheid van meningsuiting, ambtenaren en demonstreren

Terwijl de kabinetsformatie gewoon doorgaat en ons via de media bezighoudt, gaat ook de rest van de wereld door. Dat is voor sommigen, velen zelfs, aanleiding om daar aandacht voor te vragen. Ook ambtenaren laten zich daarin horen. Voor de ingang van het ministerie van Buitenlandse Zaken worden zelfs demonstraties georganiseerd door ambtenaren. Hoewel het verschijnsel van demonstrerende ambtenaren niet nieuw is, krijgt het recentelijk wel hernieuwde aandacht.

Een column van Rob Visser

Neutraal en onpartijdig, of niet?

Ambtenaren zijn burgers, net als alle andere ingezetenen. En alle burgers hebben vrijheid van meningsuiting. Vrijheid van meningsuiting is een essentieel grondrecht in een democratische rechtsstaat. Dat recht onderscheidt de democratische rechtsstaat van een autocratisch regime. Maar hier geldt wat schrijver en filosoof Pascal Bruckner eens zo treffend zei: ‘vrijheid lost problemen niet op, maar vermenigvuldigt het aantal paradoxen. Zo ook hier. Want een andere kernwaarde van de democratische rechtsstaat is dat er een democratisch bestuur is dat verantwoordelijk is en verantwoording aflegt. Dat democratische bestuur is er voor alle ingezetenen en maakt daarbij geen onderscheid. Het bestuur moet in die zin neutraal en onpartijdig zijn. Het ambtelijk apparaat, de ambtenaren, zijn het instrument van dat democratisch bestuur. In de praktijk kan dus een spanningsveld ontstaan tussen die twee kernwaarden van de democratische rechtsstaat.

Vrijheid van meningsuiting

Hoe moet in dat verband worden aangekeken tegen demonstraties over het klimaat en  blokkades van wegen? Tegen het oproepen tot een bestand tussen Israël en Hamas in het Gaza-conflict? Of tegen de uitslag van de verkiezingen? Dat een ambtenaar vrijheid van meningsuiting heeft en mag demonstreren staat buiten kijf. De vraag is of een ambtenaar zich in specifieke gevallen terughoudend moet opstellen en zich moet onthouden van bepaalde publieke uitingen. Een voorbeeld dat waarschijnlijk voor iedereen duidelijk is: een gemeenteambtenaar die aan de balie van de bevolkingsadministratie werkt kan geen button dragen met als tekst dat alle niet-Nederlanders het land uit moeten en niet welkom zijn op het gemeentehuis. Maar waar ligt de grens? Op welk moment moet de ambtenaar zich in het openbaar onthouden van het geven van diens eigen mening?

Ruimte en beperkingen

Naar aanleiding van de recente gebeurtenissen en discussies, heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in december een handreiking uitgebracht met de welluidende titel: Ambtenaren en grondrechten: Ruimte én beperkingen. Er zijn al vele regels, codes en handreikingen op dit gebied, maar kennelijk was er de behoefte om alles nog eens op een rij te zetten. Het resultaat is een kort, handzaam document met handreikingen, geen harde regels. Dat laatste kan bij dit onderwerp ook niet. Teveel gaat het om een afweging in het specifieke geval waarbij verschillende omstandigheden een rol kunnen spelen. In het verleden werd vaak gesproken over gedrag zoals een goed ambtenaar betaamt. Een diffuse terminologie, waarin echter lange tijd wel een algemeen aanvaard gedrag werd gezien. Met het uiteenlopen van algemeen aanvaarde normen en waarden is dit begrip tegenwoordig minder goed te gebruiken. Het wordt in ieder geval vooral als ‘archaïsch’ en ‘niet goed toepasbaar’ beschouwd. De handreiking zoekt het nu in een nieuwe terminologie die meer houvast geeft. De ambtenaar moet zich afvragen wat ‘wijs en verstandig’ is om te doen. Een goede poging, maar het blijf een vage, niet vastomlijnde term. In beide gevallen zijn het termen die in het concrete geval aanleiding geven tot discussie. Het komt uiteindelijk toch aan op gezond verstand en dat is nu eenmaal niet in juridische regels vast te leggen. Wijs en verstandig is daarmee een begrip waar wij het mee moeten doen.

Werkterrein

Er is wel een andere precisering die houvast geeft. De beperking geldt niet zomaar voor alle ambtenaren, maar wordt concreter naarmate het onderwerp dichterbij komt en het raakt aan het dagelijks werk van de ambtenaar. Een ambtenaar in dienst van de overheid en werkzaam op een terrein waarover politieke en maatschappelijke discussie bestaat, moet zich terughoudender opstellen en geen publieke uitspraken doen of gedragingen vertonen die op gespannen voet staan met het overheidsbeleid. De reden is even simpel als helder: de overheid moet met één mond spreken en geen tegengestelde signalen geven.

Randvoorwaarden

De inperking van het grote goed van vrijheid van meningsuiting, een recht waarop wij terecht trots zijn, vereist wel tenminste twee randvoorwaarden. Het vraagt, niet alleen van leidinggevenden maar ook van collega’s op de werkvloer, ruimte en respect om intern controversiële zaken te kunnen en mogen bespreken. En die ruimte moet ook daadwerkelijk worden geboden op het hoogste niveau. Dat vraagt uitdrukkelijk voorbeeldgedrag van de politieke top en geen obligate opmerkingen zoals ‘mijn deur staat altijd open’. Eén verkeerde opmerking van de top kan de interne ruimte immers volledig dichtslaan, ongeacht de vrome woorden die op papier staan.

Meer informatie over de Academie voor de Rechtsstaat

De Academie voor de Rechtsstaat is een nieuwe leergang van het Centre for Professional Learning.

Meer weten over de Academie voor de Rechtsstaat?
Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.