Voorzitter Universiteitsraad: ‘Je moet geduld hebben, maar kunt echt een verschil maken’
De universitaire verkiezingen zijn in aantocht. Ga jij je komend jaar inzetten om de belangen van studenten en medewerkers te behartigen? Universiteitsraadvoorzitter Pauline Vincenten geeft vast een kijkje achter de schermen van de Leidse medezeggenschap. ‘De samenwerking geeft me veel energie: het zijn intelligente, betrokken en gedreven studenten en medewerkers.’
Hoe ze haar voorzitterschap in één woord zou omschrijven? ‘Boeiend’, antwoordt Pauline meteen. ‘Het is echt een ontzettend boeiende baan. Al had ik van tevoren niet gedacht dat het ook zo’n politieke functie zou zijn.’
Het was ook een bewogen eerste semester. Zo werd er gedebatteerd over de samenwerking met de fossiele industrie en zorgde het conflict tussen Israël en Palestina voor spanningen en verhoogde veiligheidsmaatregelen in de universitaire gebouwen. ‘Deze onderwerpen gingen echt over wat voor organisatie we als universiteit in de kern willen zijn’, zegt Pauline. ‘Ik zie het als mijn rol om te zorgen dat alle meningen binnen de raad aan bod komen en alle geluiden worden gehoord.’
Goede sfeer
Ze is er dan ook trots op dat de sfeer in de raad goed is. ‘De leden gaan respectvol met elkaar om en zijn nooit neerbuigend naar elkaar, ook als het in politiek gevoelige discussies soms kan botsen.’ Als voorbeeld noemt ze een vergadering vlak na de teach-in in het Wijnhavengebouw in november. ‘Ik heb toen eerlijk gezegd dat ik vanuit mijn achtergrond als sociaal wetenschapper denk en dat het goed is dat we in de raad hele verschillende visies hebben. We hebben een rondje gemaakt zodat iedereen kon zeggen wat de gebeurtenissen met hen deden en wat zij het bestuur zouden willen meegeven.’
‘Ik ben er trots op dat de sfeer in de raad goed is’
Want dat is de rol van de Universiteitsraad als het centrale medezeggenschapsorgaan van de universiteit: om het College van Bestuur kritisch te volgen, van advies te voorzien en soms mee te beslissen over belangrijke onderwerpen. Aan de raadstafel komt alles voorbij waar studenten en medewerkers mee te maken hebben: van onderwijsdigitalisering en promovendibegeleiding tot duurzame Billie cups en gratis menstruatieproducten. ‘Gelukkig zijn we met vijftien raadsleden en een ontzettend behulpzame griffier’, zegt Pauline. ‘Juist die samenwerking geeft me veel energie. Het zijn intelligente, betrokken en gedreven studenten en medewerkers.’
Stemmen over de begroting
Een kleine greep uit waar de UR de afgelopen jaren aan bijdroeg: het afblazen van het tweedejaars bindend studieadvies, stoppen met jaarafspraken voor promovendi en postdocs, de aanstelling van een ombudsfunctionaris voor medewerkers en het uitschakelen van personenaantallenscanners in klaslokalen. Een recent voorbeeld is dat de Raad vlak voor het kerstreces de discussie rondom werkdruk op scherp zette bij het stemmen over de universitaire begroting. ‘Dat was een spannende tijd’, zegt Pauline. ‘Ik vond het vooral zonde dat de discussie zo hoog heeft moeten oplopen. Maar ik heb gelukkig wel het idee dat er bij het bestuur nu een knop is omgegaan.’
En juist daarom is het zo belangrijk dat bestuurders via de medezeggenschap de kans krijgen om direct met medewerkers en studenten te praten, stelt Pauline. ‘In de hogere bestuurslagen zitten toch veel mensen die al wat ouder en meer ervaren zijn, met een grotere afstand van wat er nu op de werkvloer en onder studenten leeft. Zij begrijpen minder goed waarom kleine dingen heel ingrijpend kunnen zijn.’ Ze noemt de – inmiddels afgeschafte – extra bevestiging bij een tentameninschrijving als voorbeeld. ‘Dat had voor studenten hele grote gevolgen en leverde medewerkers veel extra werk op. Dus het is voor heel veel mensen fijn dat dit ene vinkje nu weg is.’
Niet zo geduldig
De grootste uitdaging vindt Pauline dat de universiteit decentraal is georganiseerd. ‘Onze faculteiten zijn best verschillend en hebben elk hun eigen belangen, dat maakt het soms moeilijk om ze allemaal mee te krijgen. Nu wordt bijvoorbeeld ook het behoud van de status quo vaak als een neutrale keuze gezien, oftewel: blijven doen wat we doen. Hierdoor kan verandering lang duren, en ik ben van mezelf niet zo geduldig. Tegelijkertijd zie ik heus wel dat we niet stilstaan. Dat bij promoties de hele oppositie nu een toga mag dragen is bijvoorbeeld ook een mooie stap vooruit.’
‘Je leert hoe het besturen van een grote publieke organisatie werkt en gaat direct in gesprek met de mensen die aan de knoppen zitten’
Studenten en medewerkers die ook hun steentje willen bijdragen aan deze vooruitgang roept ze daarom op om zich in maart vooral verkiesbaar te stellen. ‘De medezeggenschap is dé plek waar je jouw mening kunt laten horen over het beleid van de universiteit. Je leert hoe het besturen van een grote publieke organisatie werkt en gaat direct in gesprek met de mensen die aan de knoppen zitten. Je hebt dus veel geduld nodig, maar kunt echt een verschil maken.’
‘Je mag menselijk zijn’
En wat twijfelaars misschien nog geruststelt: je hoeft echt niet vanaf het begin overal iets van te vinden of al veel kennis te hebben. ‘Dat leer je gaandeweg, door stukken te lezen en samen in gesprek te gaan’, zegt Pauline. ‘Verder hoop ik dat het een verschil maakt dat iemand zoals ik aan de tafel zit en de vergaderingen leidt. Ik kan bijvoorbeeld best blozen als ik iets spannend vind, zoals een sollicitatiegesprek of een belangrijke bespreking met het CvB. Je mag als medezeggenschapper dus best zachtaardiger zijn. Je mag ménselijk zijn, en er vooral ook zelf veel van leren. Ik denk dat dat binnen de Raad alleen maar wordt gewaardeerd.’
Stel je kandidaat voor de universitaire verkiezingen!
Wil jij je komend jaar inzetten om de belangen van Leidse studenten en medewerkers te behartigen? Van 22 tot en met 25 april 2024 worden de universitaire verkiezingen gehouden. Je kunt je hier op 26 of 27 maart kandidaat voor stellen. Als student kun je dit jaar kandideren voor de Universiteitsraad, alle faculteitsraden en de studentenraad LUMC, als medewerker voor de Universiteitsraad en de faculteitsraad Geesteswetenschappen.
Tekst: Evelien Flink
Foto: Rob Dorresteijn