Van rechter tot politieagent: weinig begrip voor doven in juridische procedures
De culturele taalminderheidsgroep van dove gebarentaligen ondervindt systematisch minder toegang tot fundamentele rechten. Taalkundige Joni Oyserman stelde dit vast en kreeg een Meijers-beurs om dit verder te onderzoeken.
Joni Oyserman is doof en drukt zich uit in Nederlandse Gebarentaal (NGT). Toch klinken haar woorden luid en duidelijk, via haar tolk die de grammatica van handgebaren en lichaamstaal van Oyserman vertaalt naar gesproken Nederlands. Gebarentaal is een visuele taal. Doven kunnen zich volledig uiten via hun gezichtsexpressie, ogen, handen en hun lichaam. Het maakt meteen duidelijk dat doven meestal een tolk nodig hebben om complexe informatie en gebeurtenissen in juridische procedures te begrijpen. Maar Oyserman stelde vast, dat doven het risico lopen van aantasting van hun rechten wanneer een tolk ontbreekt. Van het prilste begin bij een parkeerboete tot een onherroepelijk vonnis.
Gebruik maken van je fundamentele rechten is voor een dove niet vanzelfsprekend
Juristen kennen taal en cultuur niet
Oyserman is onderzoeker bij het Van Vollenhoven Instituut voor Recht, Bestuur en Samenleving en vaardigheidsdocent Nederlandse Gebarentaal bij het Leiden University Centre for Linguistics. Zij zit als voorzitter ook in het Adviescollege Nederlandse Gebarentaal en adviseert het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Eerder deed zij al een studie naar belemmeringen die doven ervaren bij de toegang tot hun rechten. Hierbij kwam aan het licht dat doven er mee te maken hebben dat de juridische beroepsgroep gebarentaal niet kent en communicatieproblemen ziet als persoonlijke tekortkomingen van doven. Juridische documentatie blijkt ontoegankelijk, van een dwangbevel tot een dagvaarding of een aanschrijving van de gemeente.
Toegang tot rechten
Oyserman: ‘De erkenning van de Nederlandse Gebarentaal keert nauwelijks zichtbaar terug in rechterlijke procedures. Een kloof heerst tussen de juridische professionals en dove personen. Zij ervaren dat ook zo. Wie als doof persoon als verdachte in een rechtszaal zit, tussen horenden, is afhankelijk van een tolk. Dat is een intense ervaring. Het versterkt de kloof die je als dove toch al ervaart. Sterker, gebruik maken van je fundamentele rechten is voor een dove niet vanzelfsprekend. Zoals het recht op een goede verdediging en je eigen verhaal kunnen doen. Jouw kant van de zaak vertellen in persoon in de rechtszaal, in je eigen taal en woorden.’
Misstanden in procedures
Het idee voor het onderzoek was ontstaan toen Oyserman op de hoogte raakte van misstanden. Het kwam ook naar voren uit de jurisprudentie die zij las. ‘De dove gemeenschap is erg klein’, vertelt Oyserman. ‘Verhalen gaan al gauw de ronde en worden snel uitgewisseld. Doven ervaren geen gelijkwaardigheid in hun bejegening. Ze worden gekleineerd en als inferieur behandeld. Met die verhalen wilde ik wat doen.’
Het onderzoek van Oyserman omvat een gedetailleerde studie van rechtbankverslagen, observaties in rechtszalen en interviews met dove personen, gerechtelijke tolken, advocaten, rechters, officieren van justitie, griffiers en maatschappelijke organisaties. Theorieën over toegang tot het recht, procedurele rechtvaardigheid en dovenstudies komen hier bij elkaar. Met de studie hoopt Oyserman eveneens een bijdrage te leveren aan toegang tot het recht en procedurele rechtvaardigheid van andere minderheidsgroeperingen.
Mijn weg in de wetenschap was lang en ging niet vanzelf
Maatregelen
Oyserman hoopt dat het onderzoek maatregelen oplevert om de rechten van doven beter te waarborgen. Een website met alle informatie voor rechters, advocaten, het OM en doven, zou een stap kunnen zijn. Zo ook training en financiering voor tolken. Professionalisering. Congressen en workshops. Meer kennis vooral ook, zegt Oyserman, op academisch gebied. Zij kijkt er ook naar uit om gastcolleges geven om zo vroeg mogelijk begrip te kweken voor de belevingswereld en cultuur van doven.
Joni Oyserman is ook te zien in Going Beyond Gender. In deze korte film vertelt zij voor welke uitdagingen zij kwam te staan in de academische wereld. ‘Mijn weg in de wetenschap was lang en ging niet vanzelf. Vanaf het basisschooladvies ben ik te laag ingeschaald omdat ik doof ben. Ze verwachtten dat mijn intelligentie lager was. Maar ik heb wel de intelligentie, dus daar heb ik veel voor moeten knokken. Ik ben daar niet de enige in. Er zijn heel veel doven die dezelfde ervaring hebben als ik.’
Winnaars Meijers-beurzen 2024
Dit jaar stelde de Faculteit der Rechtsgeleerdheid twee Meijers PhD posities ter beschikking aan talentvolle onderzoekers. Een was een open positie en de andere was een positie voor deelnemers aan het Pre-PhD-Programma (PPP). De open positie voor kandidaten van binnen en buiten Leiden, ging naar Joni Oyserman. De andere positie, de PPP, ging naar Joyce Schot van de afdeling Criminologie.
Helaas konden dit jaar niet meer posities worden gecreëerd door middel van ‘matching’, zoals in voorgaande jaren, gezien de taak waarvoor de faculteit als geheel momenteel gesteld staat.
De jury bestond dit jaar uit: Katrien Klep (voorzitter), Philippe van Gruisen, Marloes van Noorloos, Hans-Martien ten Napel en Tim Lubbers.
De jury was erg tevreden over de kwaliteit van de onderzoeksvoorstellen van de kandidaten. Juryvoorzitter Katrien Klep: ‘De voorstellen waren inhoudelijk zeer verschillend en ook methodologisch was er grote diversiteit. Het laat zien dat de nieuwe generatie onderzoekers op zoek is naar de juridische vragen die gesteld moeten worden bij de ontwikkelingen van deze tijd en dat zij daar op een innovatieve manier vorm aan geven. De interviews waren mede daardoor heel interessante gedachtewisselingen waarin de kandidaten blijk gaven van grote wetenschappelijke nieuwsgierigheid.‘
Oyserman gaat onderzoek doen aan het Van Vollenhoven Instituut voor Recht, Bestuur en Samenleving. Haar promotores zijn Prof. mr. dr. R. Hartendorp en dr. N. Sonneveld. Titel van haar onderzoeksvoorstel is “Hands of the Unheard. A socio-legal investigation into Access to Justice of deaf Sign Language users engaging with the Dutch legal system”. Het onderzoek start in september 2024.
Jan-Willem Oomen
Foto Iris Kamphuis