Bart Schuurman benoemd tot hoogleraar Terrorisme en Politiek Geweld
Terrorisme-expert Bart Schuurman is benoemd tot hoogleraar aan de Universiteit Leiden. Als onderzoeker en docent bij het Institute of Security and Global Affairs (ISGA) zag hij de terroristische dreiging veranderen en breder worden. ‘Hoe kunnen we die verschuivingen verklaren en ons als maatschappij ertegen beschermen? Daar wil ik me meer op gaan richten.’
‘Ik ben trots en heel blij met mijn benoeming en moet er ook nog even aan wennen. Ik heb hard gewerkt en tegelijkertijd heb ik ook veel te danken aan collega’s en alle kansen die ik heb gehad’, reageert de huidige hoofddocent.
In 2011 startte Bart als onderzoeker met jihadisme als focus. De afgelopen jaren ziet hij een verschuiving en is die focus grotendeels verlegd. ‘De extremistische dreiging is de laatste jaren veel breder geworden dan alleen het jihadisme. Zo maken we ons nu ook zorgen over rechts- en antioverheidsextremisme, maar denk ook aan de steeds roekelozere sabotageacties in Europa die aan Rusland toegeschreven worden.’
Rechtsextremisme neemt toe
Bart vertelt dat jihadisme voorlopig de voornaamste bron van terroristische aanslagen blijft. ‘Jihadisme wordt door internationale ontwikkelingen gedreven, de oorlog in Gaza kan bijvoorbeeld zorgen voor een aanjagend effect. Je ziet hierin een golfbeweging. Wat de afgelopen jaren echter ook toeneemt is het rechtsextremisme. Ook hier komen aanslagen uit voort, zoals die op twee moskeeën in Nieuw-Zeeland in 2019 (51 doden, red.). Het geweldsaspect zit er dus, maar die bredere beweging daaronder is misschien nog wel zorgwekkender.’
‘Terrorisme is uiteindelijk maar één mogelijke uitingsvorm van een extreme overtuiging. Als er maar genoeg mensen bereid zijn om voor partijen te stemmen die bijvoorbeeld bereid zijn om democratische instituties te ontmantelen, dan is dat eigenlijk een groter probleem dan terrorisme. In Nederland is daar in die mate nog weinig sprake van, al zie je wel een verschuiving naar populistisch rechts. Maar het ligt gevoeliger in bijvoorbeeld buurland Duitsland met de recente electorale successen van de radicaal-rechtse politieke partij AfD (Alternative für Deutschland) – zij zijn door de eigen binnenlandse veiligheidsdienst als mogelijk rechts-extremistisch aangemerkt en dat zegt wel wat.’
Nieuwe categorie: antioverheidsextremisten
Bart ziet naast de jihadisten en de rechtsextremisten een nieuwe, ambiguere categorie: de antioverheidsextremisten: ‘Het ideologische denkbeeld is vaak moeilijker te vatten. Dit zijn mensen die de overheid verantwoordelijk houden voor – in hun ogen - vergaand falen op
thema’s zoals immigratie. Daarbij gaat het veel verder dan - al dan niet terechte - kritiek op overheidsoptreden. We hebben het over extremisme omdat binnen deze stroming gesproken wordt over complotten van een ‘kwaadaardige elite’ om het Nederlandse volk te gronde te richten. In Nederland is de geweldsdreiging vanuit deze beweging nog relatief gering, maar recente arrestaties en ook voorbeelden uit landen als de VS laten zien dat die potentie er - binnen sommige kringen - zeker wel is.’
Staatsterrorisme Rusland
Wat de potentie heeft om een nog veel grotere dreiging te worden, zijn sabotageacties en terroristische aanslagen georganiseerd door staten. ‘Dat komt de laatste tijd op zeer verontrustende wijze in beeld’, vertelt Bart. ‘Rusland heeft de afgelopen jaren veelvuldig sabotagehandelingen gepleegd of voorbereid binnen de EU in een poging om onze steun aan Oekraïne te ondermijnen. Bijzonder schokkend zijn de recente voorbeelden van aanslagen op DHL-depots in Duitsland en het VK met ontvlambare pakketpost. Als die pakketten in de lucht waren afgegaan waren de gevolgen niet te overzien geweest en hadden we van staatsterrorisme gesproken.’ Mijn collega’s en ik brengen dit nu in kaart – welke vorm heeft deze dreiging, op wie en welke landen richten ze zich? - en willen het publiek hierover informeren. Deze thema’s gaan ons uiteindelijk allemaal aan.’
Persoonlijke interesse
Bart is zelf met name geïnteresseerd in wat mensen ertoe drijft om te radicaliseren en in sommige gevallen zelfs een aanslag te plegen. ‘De laatste jaren heb ik ook gekeken naar mensen die extreme opvattingen hebben maar níét tot geweld overgaan. Zo’n 99% van de geradicaliseerde personen gebruikt namelijk geen terrorisme. Hoe zit dat dan? Waarom maken we ons zoveel zorgen terwijl er meestal geen aanslagen gepleegd worden? Deze vraag is nu bijzonder relevant, omdat we op dit moment in het Westen enerzijds het laagste aantal terroristische aanslagen in jaren zien, maar we ons anderzijds zeer druk maken over toenemend extremistisch gedachtegoed.’
Hoe verklaren we die discrepantie?’ Bart geeft hiervoor zelf een mogelijk verklaring: ‘In ieder geval binnen sommige extremistische bewegingen lijkt de overtuiging te bestaan dat ze het democratisch bestel van binnenuit kunnen beïnvloeden, waardoor ze zelf geen risicovol geweld hoeven te gebruiken.’ Bart kwam hiertoe na onderzoek binnen het Duitse neonazimilieu. ‘Die fantaseren openlijk over wat ze doen als ze eindelijk aan de macht zijn. Dus de geweldsbereidheid is er nog, maar het plegen ervan wordt uitgesteld. We willen ons als onderzoekers minder eenzijdig met alleen terrorisme gaan bezighouden en ons meer richten op de verschillende vormen waarin het extremistische gedachtegoed dat erachter zit tot uiting kan komen.’
Vinger aan de pols
‘Wij moeten ons best blijven doen als onderzoekers om ons echt goed te verhouden tot wat er buiten de muren van de universiteit gebeurt. Dus we moeten continu een vinger aan de pols houden; waar liggen nu de vraagstukken op het gebied van extremisme, terrorisme en radicalisering? Zijn we daar qua onderzoek en onderwijs nog goed op ingericht? We willen studenten wegwijs maken in actuele vraagstukken rondom terrorisme, extremisme en radicalisering, want we gaan als maatschappij van hen afhankelijk zijn om ons de komende jaren te helpen aan die problemen het hoofd te bieden.’
Tekst: Magali van Wieren