70 jaar Mathematisch Instituut - groei, bloei en (wiskundige) uitdagingen
Floreat et crescat. Bloei en groei. Dat was wat men het Mathematisch Instituut bij de opening toewenste. Nu viert het instituut met trots haar 70-jarig bestaan. Tijd om stil te staan bij hoe het begon. En niet onbelangrijk, hoe gaat het nu?
Maandag 17 januari 1955. Een voormalig woonhuis aan de Vreewijkstraat 12 in Leiden speelt de hoofdrol in een bijzonder moment. Want, zo schreef het Leidsch Dagblad de dag erna, ‘… het eerste zelfstandige mathematische centrum van de Leidse Universiteit…’ werd er geopend.
Het begon met een leeskamer
Tot 1955 bestond er geen Leids wiskunde-instituut. De wiskundeafdeling van de universiteit maakte vanaf 1899 gebruik van slechts één van de nieuwe lokalen van het Academiegebouw aan de Nonnensteeg. Daar werden in de ochtend colleges gegeven. Verder werkten hoogleraren thuis en namen daar ook tentamens af.
Vanaf 1913 konden wiskundestudenten ook gebruik maken van de bibliotheek voor wis- en natuurkunde, later bekend als de Leeskamer Bosscha. Die leeskamer was een eerste zet tot de oprichting van het instituut 42 jaar later.
De groei van het instituut
Bij de opening van het Mathematisch Instituut (MI) in het voormalig woonhuis sprak men al van een noodoplossing. Professor Johannes Droste (op dat moment de oudste Leidse wiskundehoogleraar) gaf in zijn toespraak aan dat het MI uiteindelijk eigen ‘… collegezalen, werkruimten, boekerijen, een colloquiumzaal, een leeszaal, magazijnen en dienstvertrekken ...’ nodig heeft. Hij wenste het instituut floreat et crescat toe. Die wens kwam uit.
Dirk van der Hoeven, universitair docent Statistical Science, over zijn keuze voor wiskunde
‘Tijdens mijn studie psychologie vond ik het zo enorm leuk om over statistiek na te denken, dat ik besloot daar mijn master in te doen. Daarna wilde ik nog meer leren. Ik heb toen met heel veel plezier een PhD en een postdoc gedaan. Daarna was het voor mij duidelijk dat ik dit de rest van mijn carrière wil doen.’
De bloei van wiskunde
Stond het MI in de beginjaren vooral bekend om zijn werk in de getaltheorie en analyse, in de daaropvolgende decennia ontwikkelde de Leidse wiskunde zich verder. Toegepaste wiskunde en informatica werden toegevoegd en er kwamen hoogleraren in numerieke wiskunde, mathematische statistiek, waarschijnlijkheidsrekening en mathematische besliskunde.
Het MI ging samenwerken met andere disciplines (zoals natuurkunde, informatica, biologie, medische wetenschappen, ecologie en complexe netwerken), want wiskunde vormt de basis voor veel vakgebieden. Ook werden nauwe banden gelegd met nationale en internationale instellingen. Die vormen nog altijd een sterke basis voor gezamenlijke onderzoeken.
Robin de Jong, universitair hoofddocent Algebra, Meetkunde en Getaltheorie, over de schoonheid van wiskunde
‘De eerlijkheid en helderheid van wiskunde vind ik aansprekend. Daarbij komt dat wiskunde staat als een huis en een grote zekerheid vormt in het bestaan. Bas Edixhoven (Leids hoogleraar wiskunde, 1962-2022) zei vaak: in de wiskunde geldt dat in het verleden behaalde resultaten wèl een garantie geven voor de toekomst.’
De wiskundigen haalden mooie beurzen binnen, waaronder Veni’s, Vidi’s, Vici’s en Rubicons, Zwaartekracht, TOP, ERC en KWF-subsidies, en twee Spinozapremies. Hierdoor kon het instituut meer postdocs en promovendi aannemen en onderzoeken verder uitbreidenn. En niet te vergeten het (IBM) SPSS-project, dat het statistiekonderzoek van het instituut een enorme impuls gegeven heeft.
Het onderwijs bleef niet achter. Met een bachelor en twee masters leidt het MI wiskundigen van de toekomst op. Het instituut verzorgt ook het wiskundig onderwijs voor andere opleidingen aan de universiteit, en biedt de mogelijkheid om diverse dubbele bacheloropleidingen te volgen. Verder mag het ALGANT-consortium, dat al twintig jaar de tweejarige wiskundemaster in algebra, getaltheorie en meetkunde aanbiedt, en waar het MI één van de oprichters van is, niet in dit rijtje ontbreken.
Francesca Arici, universitair docent Analyse en Dynamische systemen, over inclusiviteit
'Hoewel er veel vooruitgang is geboekt in het vergroten van de vertegenwoordiging van vrouwen in de wiskunde, moeten we ook de verouderde opvatting van een binaire genderindeling—man versus vrouw—ter discussie stellen, die traditioneel de manier heeft bepaald waarop we denken over deelname aan bètavakken. Dit binaire kader sluit een spectrum aan genderidentiteiten en ervaringen uit, die we actief zouden moeten erkennen en omarmen.’
Uitdagingen zijn van alle tijden
Door 70 jaar groei en bloei is het MI een toonaangevend wiskundig instituut geworden. Natuurlijk kende het instituut naast wiskundige problemen ook andere uitdagingen, zoals bezuinigingen, bestuurlijke strubbelingen en toenemende bureaucratie. Met een passie voor wiskunde, toewijding aan excellentie en het verrichten van onderzoek van topkwaliteit overwon het MI deze uitdagingen.
De komende 70 jaar
En wat brengt de toekomst voor het instituut? De aankomende bezuinigingen raken ook het MI. Maar de beurzen die binnen het instituut in 2024 ontvangen zijn, geven alle vertrouwen voor de toekomst. Docenten, onderzoekers, studenten en het ondersteunend personeel gaan samen de toekomst tegemoet. Zij hebben ervoor gezorgd dat het instituut sinds de oprichting in 1955 een centrale rol gespeeld heeft in het nationale en internationale wiskundige landschap. En samen gaan zij dit ook de komende 70 jaar doen!
Wiskunde in de praktijk
Het fundamenteel onderzoek van het instituut legt de basis voor toekomstige doorbraken. Het MI heeft door de jaren heen belangrijke bijdragen geleverd aan verschillende gebieden van de wiskunde, waaronder meetkunde, algebra, getaltheorie, operationeel onderzoek, dynamische systemen, analyse, statistiek en waarschijnlijkheidstheorie.
Rajat Hazra, universitair hoofddocent Kansrekening, over wiskunde in de praktijk
‘Het is belangrijk om te erkennen dat hoewel ons onderzoek niet direct gericht is op het ‘oplossen’ van maatschappelijke vraagstukken, het wel de essentiële hulpmiddelen, kaders en inzichten biedt waarop in de toekomst oplossingen kunnen worden gebouwd.’
Vier voorbeelden van wiskunde in de praktijk:
- Farmacologie - Vivi Rottschäfer ontwikkelt samen met het LACDR modellen die de dynamica van medicijnen in de hersenen en het centrale zenuwstelstel omschrijven, met als doel om onder andere betere voorspellingen te kunnen maken van de werking van medicijnen.
- Medische wetenschappen - Met het onderzoeksproject PACT-ES brengen Marta Fiocco en Marta Spreafico de effecten van aanpassingen in chemotherapie in kaart voor patiënten met Ewing-sarcoom, om uiteindelijk het effect van een bepaalde dosis op de behandeling en bijwerkingen te voorspellen.
- Operations research - Michel Mandjes ontwikkelt samen met PostNL methoden waarmee de optimale locatie van depots bepaald kan worden, waarbij rekening gehouden wordt met de fluctuerende hoeveelheid brieven en pakketten die op dagelijkse basis verzonden worden.
- Cryptografie - Léo Ducas ontwikkelt en analyseert cryptosystemen die zelfs tegen kwantumcomputers veilig zouden blijven. Twee van deze systemen zijn nu gestandaardiseerd voor onmiddellijke wereldwijde inzet (internet, creditcards, etc.).
Feitjes en weetjes
- In het oprichtingsjaar waren er drie hoogleraren wiskunde. Anno 2025 zijn twintig hoogleraren aan het instituut verbonden.
- In 2024 heeft het MI diverse beurzen ontvangen, waaronder een KIEM subsidie, twee Erasmus+ projecten, KWF subsidies, NWO subsidies, ERC Advanced en Consolidator subsidies en twee Vidi’s.
- Twee huidige medewerkers van het MI zijn geboren op een heel toepasselijke dag, namelijk π-dag (14 maart)!
Vier het jubileum mee
Het komende jaar organiseert het MI diverse activiteiten ter ere van het 70-jarig bestaan. Houd de website van het MI in de gaten voor meer informatie.