Alumnus Willem van der Muur: ‘Ik wilde ergens werken waar ik impact kon maken’
Willem van der Muur was tussen 2013 en 2019 als promovendus verbonden aan het Van Vollenhoven Instituut. Na zijn promotie vertrok hij naar Indonesië om te gaan werken voor de Wereldbank. Hier leidt hij een project om landrechten te registreren.
Waarom koos je ervoor om te promoveren in Leiden terwijl je je volledige studie in Amsterdam deed?
Aanvankelijk was het niet mijn plan om een PhD te doen. In Amsterdam volgde ik twee masteropleidingen: sociale wetenschappen en internationaal recht. Toen ik die had afgerond, vond ik het lastig om werk te vinden dat me echt aansprak. Bij de vacatures die me interessant leken, kreeg ik steeds te horen dat ze iemand met meer ervaring zochten. Maar hoe kun je ervaring opdoen als je de kans niet krijgt? Via het internet stuitte ik op een vacature voor een promotieonderzoek naar landconflicten in Indonesië. Dat leek me op het lijf geschreven, omdat ik een achtergrond had in zowel rechten als sociologie. Bovendien had ik mijn masterscriptie al over Indonesië geschreven en volgde ik een cursus om de taal te leren.
Je promoveerde uiteindelijk met dit onderzoek en woont en werkt nu al een aantal jaar in Indonesië. Ben je altijd al geïnteresseerd geweest in dat land?
Die interesse heeft te maken met mijn familieachtergrond. Mijn grootouders en vader zijn geboren in Indonesië en kwamen in 1950 naar Nederland, mijn vader was toen drie jaar oud. Door hun ervaringen tijdens de Tweede Wereldoorlog en de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog werd er thuis weinig over gesproken; de focus lag op een toekomst in Nederland. Toch hoorde ik af en toe verhalen over Indonesië. Na de middelbare school maakte ik een grote wereldreis en was ik de eerste uit mijn familie die terugkeerde naar Indonesië.
In Jakarta werk je aan een groot project voor de Wereldbank, kan je daar wat meer over vertellen?
Indonesië is een gigantisch land met bijna 280 miljoen inwoners. Het maakt als land een enorme economische groei door, maar tegelijkertijd kampt het nog met grote ontwikkelingsuitdagingen. Tot acht jaar geleden was maar ongeveer een derde van alle grond geregistreerd. De Wereldbank steunt de Indonesische overheid met een reeks grootschalige projecten om deze landrechten systematisch vast te leggen. Voor het project waar ik nu mee bezig ben is 653 miljoen dollar beschikbaar gesteld. Daarmee is dit het grootste Wereldbank project in de land sector ooit.
De meeste mensen hier, vooral in rurale gebieden, bezitten een stuk grond of hebben een rijstveld, maar die grond is nooit formeel geregistreerd. In het verleden is het vaak gebeurd dat mensen hun land kwijtraakten door uitbreiding van mijnbouw of het plaatsen van een palmolieplantage. Door de grond van mensen te registreren en landcertificaten op te stellen, wordt duidelijk wie de eigenaar is van welk land. Dat helpt landconflicten in de toekomst te voorkomen.
Wat hoop je op persoonlijk gebied uit dit project te halen?
Ik heb zes jaar aan mijn proefschrift gewerkt. In die tijd zag ik mensen om mij heen hun carrière starten en heb ik me wel eens afgevraagd: ‘heb ik wel de juiste keuze gemaakt om zo de diepte in te gaan met een onderwerp?’ Maar met dit nieuwe project heb ik het idee dat ik impact maak en het beleid tot op zekere hoogte heb kunnen beïnvloeden. Door mijn werk bij de Wereldbank heb ik eraan kunnen bijdragen dat miljoenen mensen landrechten krijgen.
'Onderzoekers moeten soms verder kijken zodat de kennis niet blijft steken in de ivoren toren van de academie'
Wat is je mooiste herinnering uit je tijd in Leiden?
Ik kijk over het algemeen met veel plezier terug op de collegiale sfeer en de ongeremde nieuwsgierigheid bij alle collega’s. Het was echt een warm bad. Een van de mooiste momenten was toen mijn begeleider, prof. Jan Michiel Otto langskwam tijdens het veldwerk op Sulawesi, waar ik een afgelegen dorp onderzoek deed naar landconflicten. Na een half jaar kwam hij langs. We zijn toen samen bij de inheemse leider van het dorp op bezoek geweest. Het was een unieke ervaring om te zien hoe de grote man uit Leiden op bezoek kwam bij de grote man uit het dorp. Het was grappig om daar samen met mijn professor op de grond in een houten hutje te zitten.
Op 29 januari spreek je in Leiden op een seminar over hoe academisch onderzoek (inter)nationaal beleid kan beïnvloeden. Waarom is dit zo’n belangrijk thema?
Ik ben dankbaar dat ik de kans heb om de bevindingen van mijn proefschrift in de praktijk te verwezenlijken bij mijn huidige baan. Hierdoor zie ik ook een directe link tussen mijn onderzoek en het werk dat ik nu doe. Ik denk dat het inspirerend kan werken om te benoemen wat voor vruchten zo’n onderzoek kan afwerpen en hoe je dat kan toepassen in de praktijk. Onderzoekers moeten soms verder kijken zodat de kennis niet blijft steken in de ivoren toren van de academie.
Willem van der Muur spreekt op 29 januari 2025 op een seminar van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde. Het seminar vindt plaats van 15.30 tot 17.00 in het Herta Mohr gebouw, kamer 1.30 (Witte Singel 27A). Aanmelden kan via kitlv@kitlv.nl.
Meer informatie vind je hier