Universiteit Leiden

nl en

Studenten krijgen AI-stage tegen administratiedruk in zorg

Zorg- en welzijnspersoneel is minimaal 25 procent van de werktijd kwijt aan administratie.* Tijd die ook ingezet kan worden voor zorg. Met kunstmatige intelligentie kan een groot deel geautomatiseerd worden. Het LUMC is daarom als eerste in Nederland gestart met programmeringsstages voor AI-taalmodellen voor onder andere geneeskundestudenten.

In het ziekenhuis zijn eindeloos veel voorbeelden van handmatig werk dat veel tijd kost. Neem bijvoorbeeld een dokter die informatie moet samenvatten uit een doorverwijzingsbrief. Per week neemt dit enkele uren in beslag. Of een onderzoeker die data uit patiëntendossiers moet halen voor onderzoek. Uit 200 pagina’s per dossier. En dat keer 2.000, 20.000 of zelfs 200.000 patiënten. Dat kost enorm veel tijd. Veel afdelingen hebben daarom de wens om dit soort werkzaamheden met large language models (AI-modellen die tekst kunnen herkennen en genereren) te automatiseren. Maar een dokter heeft programmeren vaak niet als expertise.

Artsen voor de toekomst

Om de toekomstige uitdagingen aan te kunnen, moet er iets veranderen. Julius Heemelaar (postdoc onderzoeker en arts in opleiding tot specialist Cardiologie) en Marieke van Buchem (innovatiemanager bij het Cairelab, het expertisecentrum voor kunstmatige intelligentie in het LUMC) ondernamen actie. Heemelaar: ‘We weten dat we steeds meer patiënten krijgen om te behandelen, maar er komen niet meer dokters of verpleegkundigen bij. Sterker nog, we krijgen minder dokters en verpleegkundigen. En een ding weten we zeker: als we exact hetzelfde blijven werken, dan gaat het sowieso mis. Als meer dokters ervaring hebben met programmeren, dan kunnen zij die kennis ook inzetten om de bulk aan administratie te verminderen. Je hoeft dan niet per se zelf te programmeren, maar het kan al grote impact hebben als je weet hoe programmeren met taal werkt.’

‘Die expertise, daar is nu geen enkele manier voor hoe een arts van de toekomst of een geneeskundestudent dat kan bereiken,’ vervolgt Heemelaar. ‘Zo krijg je dus ook eigenlijk dat het niet zal veranderen. Tegelijkertijd zijn de opdrachten hiervoor binnen het ziekenhuis er wel. Daarom zijn we begonnen met stages voor het programmeren van large language models als wetenschapsstage voor studenten Geneeskunde en Technische Geneeskunde, maar ook voor studenten die dit uit interesse naast hun studie willen doen.’

Basis van het leren programmeren

Marit Hamer is één van de eerste studenten die dit naast haar studie doet. ‘Ik miste in mijn opleiding onderwijs over kunstmatige intelligentie. Met mijn stage leer ik de basis van het programmeren beheersen. Het is heel erg puzzelen en proberen, trial en error, maar uiteindelijk kom je altijd een stapje verder.’

Heemelaar: ‘Het doel is dat de studenten zelf kunnen programmeren. De meeste hebben geen programmeerervaring, dus ze krijgen een inwerkprogramma. Daarin krijgen ze de basis van machine-learning-principes. Hierna gaan ze heel snel werken met een eigen project. Uiteraard werken ze in een beveiligde omgeving, zodat de data niet op andere plekken belandt. We hebben nu vijf stagiaires, vier in het LUMC en één stagiair begeleid ik in het OLVG in Amsterdam. Uiteindelijk is de wens dat afdelingen de tools gaan overnemen, maar daar zijn de projecten nu nog te jong voor.’

Samenwerken

Het bezig zijn met een eigen project vindt Hamer het leukst, net als de samenwerking met andere vakmensen in het LUMC: ‘Ik vind het fijn dat we laagdrempelig contact hebben. Zo spreken we met mensen achter het ‘supercomputer’-netwerk, die altijd heel enthousiast meedenken, de mensen van de afdelingen en als stagiairs onderling. We doen en delen veel met elkaar. Dat helpt.’

Heemelaar: ‘Ik merk ook wel dat iedereen zó graag iets wil met nieuwe technieken zoals generatieve kunstmatige intelligentie (vergelijkbaar met GPT-4). Dan wordt het geroepen, maar gebeurt er toch niet iets mee, omdat niemand er echt mee bezig is. De collega’s van IT vinden het leuk om te zien dat er studenten zijn die met hun methodes willen werken. En de artsen zijn blij, omdat hun werk ineens een stuk sneller kan.’

Toekomst van AI in de zorg

Zowel Hamer als Heemelaar zien dat AI kansen biedt voor de zorg van de toekomst. Hamer: ‘Ik hoop dat mensen er meer voor openstaan dat AI de zorg kan helpen. En ik denk dat over een aantal jaar ook meer aandacht voor de toepassing ervan is in de opleidingen. Nu is er in het LUMC een AI-vak voor geneeskundestudenten, maar in mijn jaar was dit er nog niet.’

Heemelaar: ‘Ik ben er 100% van overtuigd dat deze innovatie het ziekenhuis in de nabije toekomst kan helpen om de uitdagingen het hoofd te bieden. Natuurlijk moeten we er wel met zijn allen heel veel zorg voor dragen dat het op een verantwoordelijke manier gebeurt en gegevens beschermd blijven. Het is mijn grote hoop dat deze techniek ervoor kan zorgen dat we meer tijd hebben voor de patiënt en minder tijd bezig zijn met de administratie. Dat is niet alleen omdat ik altijd vind dat er meer tijd moet zijn voor de patiënt, maar ook omdat de noodzaak er is.’

*Blijkt uit onderzoek in opdracht van de FNV uit mei 2024.

Meer weten over AI in het LUMC? Neem een kijkje op de website bij het Cairelab

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.