Onze visie op docentontwikkeling
Docenten aan de Universiteit Leiden zijn vakinhoudelijk deskundig en bevlogen in het overdragen van hun vak. Daarnaast vinden we het belangrijk dat zij goed in teamverband kunnen samenwerken met collega’s en studenten en dat zij betrokken zijn bij onze organisatie. Dit betekent ook dat docenten de mogelijkheden krijgen om zich verder te ontwikkelen.
Met de aanpak docentontwikkeling werken we aan de volgende speerpunten:
Centraal in de aanpak docentwikkeling staat het docentontwikkelingsmodel. Dit model is een hulpmiddel voor docenten en hun leidinggevenden. Aan de hand hiervan kunnen zij het gesprek aangaan over interesses en ambities. Daarnaast kan op teamniveau een inschatting van de ontwikkelbehoeftes worden gemaakt. Het model:
- Geeft inzicht in het brede takenpakket binnen het onderwijs;
- Biedt een heldere indeling voor de verschillende professionaliseringsactiviteiten.
Taakdomeinen
Binnen het docentontwikkelingsmodel worden 5 taakdomeinen onderscheiden, namelijk:
Onderwijs geven en leerproces begeleiden
Dit gaat over groepsgewijze en individuele begeleiding van studenten. De gekozen werkvormen en begeleidingsmethoden zijn onderwijskundig onderbouwd en passend bij de leerdoelen en de doelgroep. De docent draagt zorg voor de toegankelijkheid van de leerstof en instructie. Ook houdt de docent rekening met de verschillen in motivatie, voorkennis, aanleg en individuele omstandigheden en bewaakt de veilige sfeer.
Beoordelen en feedback geven
Docenten beoordelen de opdrachten en toetsen die door studenten zijn gemaakt en geven daar feedback op. De betrouwbaarheid en validiteit van de beoordeling is daarbij van groot belang. Kennis van formatieve toetsing om het leerpotentieel van studenten te vergroten is daarbij ook relevant. Daarnaast gebruiken docenten resultaten van (tussentijdse) toetsing om het onderwijs te evalueren en eventueel aan te passen.
Organiseren van onderwijs en management
Hieronder valt het praktisch coördineren van de onderwijstaken zoals communicatie met studenten, afspraken over het leerproces, afstemming met collega’s, regels en richtlijnen en ondersteunende diensten. Daarnaast evalueren docenten het eigen professionele functioneren en dat van anderen.
Ontwerpen van onderwijs
Dit heeft betrekking op het aanpassen van de inhoud en werkvormen van studieonderdelen om de leerdoelen beter te realiseren. Ook inspelen op leerbehoeftes van studenten, ontwikkelingen in het vakgebied of de actualiteiten hoort hierbij. Docenten houden rekening met de aansluiting op het curriculum, de beschikbare digitale middelen en de constructive alignment binnen de cursus.
Reflecteren, onderzoeken en innoveren
Dit omvat het vermogen om op basis van evaluatie, reflectie en intercollegiale feedback initiatief te nemen tot verbetering te nemen. Docenten ontwikkelen kennis en inzicht in de relevantie, interpretatie en implicaties van verschillende vormen van feedback over onderwijs (zoals studentevaluaties). Ook onderzoeken zij hun eigen onderwijs, om in te kunnen spelen op veranderende behoeften en/of technologische ontwikkelingen. Hiermee dragen zij actief bij aan de vernieuwing en verbetering van onderwijs.
Contactpersoon
Hoe gaan we in 2023-2024 verder met docentontwikkeling?
De komende tijd onderzoeken we door middel van pilots de praktische toepasbaarheid van het docentontwikkelingsmodel. Op basis van deze bevindingen scherpen we het model verder aan indien nodig.
De Faculteit Geesteswetenschappen en de Faculteit der Sociale Wetenschappen organiseren pilots over het model: in 2023-2024 zullen er meerdere focusgroepen plaatsvinden. Ben je als medewerker van één van deze faculteiten nieuwsgierig naar het model en wat jij ermee zou kunnen? En wil je graag meedenken over de verdere ontwikkeling ervan? Meld je dan aan bij Marlous Dekker en Laura Schneider.
Om professionele groei te ondersteunen moet voor elke docent van de Universiteit Leiden een uitdagend en passend ontwikkelingsaanbod beschikbaar zijn. Op basis van de competenties uit het docentontwikkelingsmodel en (inter-)facultaire behoefte wordt dit aanbod voortdurend aangepast.
Ook wordt er aandacht besteed aan bijbehorende certificering (deelcertificaat BKO, BKO en SKO). We streven ernaar om de eindtermen van de verschillende certificaten beter op elkaar aan te sluiten en uitvoering van faculteiten uniform te maken. In 2023 zullen de BKO-eindtermen, en toetsingsrubric, worden herzien en zal een overzicht van het huidige ontwikkelaanbod in kaart worden gebracht.
Contactpersoon
Binnen het universitair onderwijs bestaan al mooie samenwerkinitiatieven, bijvoorbeeld via Teams of rondom werkplekleren. Docenten wisselen ervaringen met elkaar uit via diverse (fysieke) onderwijscommunities zoals buddyprojecten, mentorschappen en intervisiegroepen. Ook de Teaching fellows van de Leiden Teachers’ Academy (LTA) vormen een actieve community. Online is er kruisbestuiving via onder andere facultaire docentenplatforms (zie bijvoorbeeld het platform van FGGA) of netwerken zoals het Duurzaamheidsnetwerk. Door deze verschillende initiatieven te inventariseren en ons te richten op de ‘good practices’, kunnen we het leren van elkaar verder stimuleren, faciliteren en versterken.
Contactpersonen
Initiatieven zoals docententeams en communities zijn vaak georganiseerd rondom onderwijsinnovatie: docenten onderzoeken ook hun eigen vernieuwing en er wordt van elkaar geleerd. Projecten op het gebied van blended learning bijvoorbeeld worden gestimuleerd door deze zichtbaar te maken onder docenten en resultaten met elkaar te delen. Omdat het van belang is om onderzoek naar onderwijs te stimuleren, willen we deze uitwisseling van expertise faciliteren en projecten breed communiceren.
Onderzoek, onderwijs en maatschappelijke impact zijn even belangrijk en verdienen evenredige erkenning en waardering. Door aan te sluiten bij het initiatief Erkennen & Waarderen, werken we aan een adequate beloning voor docenten die zich gedurende langere tijd concentreren op onderwijstaken en hierin een ontwikkeling doormaken.
Daarnaast streven we ernaar om aanstellingen binnen de UFO-categorie 'docent' vaker een plek te geven in de organisatie. Het kan hierbij gaan om structurele taken en posities, die specifieke kennis en vaardigheden vereisen, maar die niet vereisen dat de docent daarnaast zelf onderzoekstaken verricht. Op individueel niveau, binnen docententeams en het curriculum zorgen we ervoor dat de verwevenheid van onderwijs en onderzoek gewaarborgd blijft.
Contactpersoon
Leidinggevenden hebben de positie om hun docenten te stimuleren en faciliteren op het gebied van docentontwikkeling. Het is belangrijk dat management meer aandacht geeft en vraagt voor het belang van onderwijsexpertise. De eerste stappen zetten we met de 'pilot jaargesprek'. In de nieuwe vorm van het jaargesprek wordt er niet alleen stilgestaan bij resultaten, maar is er meer focus op zowel samenwerking in het onderwijs als persoonlijke ontwikkeling en welzijn.