Mogen onze grondrechten in het gedrang komen met het coronapaspoort?
Het coronapaspoort: dwang, drang of publiek belang? Bij de afweging tussen veiligheid en vrijheid komen hoe dan ook grondrechten in het gedrang. Dat mag, vinden deskundingen, mits een maatregel noodzakelijk en proportioneel is.
De weerstand onder ongevaccineerden tegen het coronapaspoort, bij elkaar zo’n twee miljoen mensen, inclusief jongeren en kinderen, is volgens peilingen bijna unaniem: slechts drie procent kan zich er schoorvoetend in vinden. Bij gevaccineerden ligt dat anders: ruim driekwart is voorstander. Een kwart is tegen, deels om praktische redenen, zoals van ondernemers die de ondankbare taak van controle aan de poort op zich moeten nemen. En deels zijn hun argumenten van principiële aard: ze refereren aan de grondrechten.
Rechtsgeleerden kijken eveneens zonder emotie naar de kwestie van de grondrechten. Natuurlijk geven zij er verschillende interpretaties aan, maar ze zijn het er met elkaar over eens dat grondrechten niet absoluut zijn. 'Het ligt genuanceerder', zegt Ingrid Leijten, universitair hoofddocent staats- en bestuursrecht in De Groene Amsterdammer. 'Foltering mag bijvoorbeeld nooit, ook niet in de strijd tegen terrorisme. Het beperken van bepaalde vrijheden ligt anders. Dat kan in bijzondere omstandigheden, zoals in deze coronacrisis. Dan is het mogelijk dat je voor een groep een drempel opwerpt voor de toegang tot openbare plekken waar veel mensen bij elkaar komen.'